Updates

Aandelen Internationaal

Pfizer

Advies
houden
Aandelen Nederland

AkzoNobel

Advies
kopen
Aandelen Internationaal

Allianz

Advies
houden
Aandelen Internationaal

Novartis

Advies
houden
Aandelen Nederland

HAL Trust

Advies
kopen
Aandelen Internationaal

Home Depot

Advies
verkopen
Aandelen Nederland

Aegon

Advies
kopen
Aandelen Internationaal

HSBC

Advies
kopen

Updates

Aandelen Internationaal

Pfizer

Advies
houden
Aandelen Nederland

AkzoNobel

Advies
kopen
Aandelen Internationaal

Allianz

Advies
houden
Aandelen Internationaal

Novartis

Advies
houden
Aandelen Nederland

HAL Trust

Advies
kopen
Aandelen Internationaal

Home Depot

Advies
verkopen
Aandelen Nederland

Aegon

Advies
kopen
Aandelen Internationaal

HSBC

Advies
kopen
Opinie William De Vijlder, 15 jan 2013 11:28

Lessen uit 2012 voor 2013

0 0 Leestijd ongeveer

Ondanks een algemene verslechtering van het economische klimaat in de eurozone, vrees voor een harde landing van de Chinese economie en de eindeloze saga van de Amerikaanse begrotingsafgrond was 2012 voor veel markten en beleggingsklassen een goed tot zelfs uitstekend jaar.

Welke lessen kunnen we hieruit trekken en hoe kunnen die lessen ons beter voorbereiden op 2013?

Ik zie er zeven in totaal:

1. Als de fundamentele factoren (economische context, inflatie, etc.) niet langer verslechteren, gaan de activaprijzen weer omhoog: voor beleggers is ophouden met verslechteren reeds een verbetering. Dat verklaart bijvoorbeeld de goede prestatie van de Indiase beurs in 2012. Die factor mag dus zeker niet uit het oog worden verloren bij de landenanalyse (bijvoorbeeld in de eurozone) of de beoordeling van waarden in moeilijkheden.

2. Een lage prijs is geen noodzakelijke noch voldoende voorwaarde voor een goede return. Chinese aandelen waren begin 2012 spotgoedkoop, maar bleven een groot deel van het jaar teleurstellen. Maar de prijs van Amerikaanse overheidsobligaties, die begin 2012 al duur waren, steeg nog. Er is een katalysator nodig wil een aantrekkelijke waardering in een koersstijging resulteren.

3. Markten richten hun aandacht op een thema tegelijk. Ook als meerdere thema's relevant zijn, domineert er doorgaans slechts een. In de Verenigde Staten wisten we sinds de zomer 2011 dat er begin 2013 een begrotingsafgrond op ons wachtte, maar pas na de presidentsverkiezingen kregen de beleggers hier echt oog voor. De belegger moet dus het hoofdthema identificeren, maar ook tijdig aanvoelen dat een nieuw thema de overhand krijgt.

4. Voor populaire waarden kiezen (in het Engels spreekt men van een ‘crowded trade’) is niet noodzakelijk slecht. Bedrijfsobligaties waren in 2011 al erg gegeerd, maar wonnen in 2012 nog aan populariteit. Dat houdt natuurlijk ook in dat inzien dat de factoren die aan de basis lagen van een populaire beleggingsvorm wijzigen minstens even belangrijk is.

5. Als de oude orthodoxie te beperkend wordt, zal deze worden aangepast. Het IMF heeft zijn standpunt over de beperkingen op de kapitaalstromen (voordien uit den boze, nu aanvaardbaar als er geen andere oplossing is) herzien en een aantal centrale banken (uitgezonderd de ECB) duldt meer inflatie dan vroeger het geval was. Beleggers moeten dus de inflatiegevoeligheid van hun portefeuille goed inschatten.

6. Spreadstrategieën (bedrijfsobligaties, papier uit de opkomende landen) kennen lange trends van spreadcompressie tegenover staatspapier van hoge kwaliteit, terwijl aandelen geregeld nood hebben aan nieuwe impulsen. De langlopende herfinancieringen van de ECB eind 2011 en begin 2012 hebben de beurzen slechts enkele weken verse zuurstof gegeven. Hetzelfde gold voor de verklaringen van Mario Draghi (namelijk dat de ECB alles zou doen om de euro te verdedigen). Dat impliceert minibeurscycli.

7. Als de onzekerheid hoog is, is de verwachte opbrengst op langere termijn dat ook omdat de prijzen van de activa dan laag zijn. Een afname van de onzekerheid resulteert dus in lagere verwachte opbrengsten omdat de markten ondertussen gestegen zijn.
Die laatste les is misschien wel de belangrijkste het laatste jaar: durven kopen als de zaken er slecht voorstaan maar men toch voldoende redenen heeft om in een verbetering van de situatie te geloven.


William De Vijlder is Chief Investment Officer, Strategie en Partners BNP Paribas Investment Partners
 

Welke lessen kunnen we hieruit trekken en hoe kunnen die lessen ons beter voorbereiden op 2013?

Ik zie er zeven in totaal:

1. Als de fundamentele factoren (economische context, inflatie, etc.) niet langer verslechteren, gaan de activaprijzen weer omhoog: voor beleggers is ophouden met verslechteren reeds een verbetering. Dat verklaart bijvoorbeeld de goede prestatie van de Indiase beurs in 2012. Die factor mag dus zeker niet uit het oog worden verloren bij de landenanalyse (bijvoorbeeld in de eurozone) of de beoordeling van waarden in moeilijkheden.

2. Een lage prijs is geen noodzakelijke noch voldoende voorwaarde voor een goede return. Chinese aandelen waren begin 2012 spotgoedkoop, maar bleven een groot deel van het jaar teleurstellen. Maar de prijs van Amerikaanse overheidsobligaties, die begin 2012 al duur waren, steeg nog. Er is een katalysator nodig wil een aantrekkelijke waardering in een koersstijging resulteren.

3. Markten richten hun aandacht op een thema tegelijk. Ook als meerdere thema's relevant zijn, domineert er doorgaans slechts een. In de Verenigde Staten wisten we sinds de zomer 2011 dat er begin 2013 een begrotingsafgrond op ons wachtte, maar pas na de presidentsverkiezingen kregen de beleggers hier echt oog voor. De belegger moet dus het hoofdthema identificeren, maar ook tijdig aanvoelen dat een nieuw thema de overhand krijgt.

4. Voor populaire waarden kiezen (in het Engels spreekt men van een ‘crowded trade’) is niet noodzakelijk slecht. Bedrijfsobligaties waren in 2011 al erg gegeerd, maar wonnen in 2012 nog aan populariteit. Dat houdt natuurlijk ook in dat inzien dat de factoren die aan de basis lagen van een populaire beleggingsvorm wijzigen minstens even belangrijk is.

5. Als de oude orthodoxie te beperkend wordt, zal deze worden aangepast. Het IMF heeft zijn standpunt over de beperkingen op de kapitaalstromen (voordien uit den boze, nu aanvaardbaar als er geen andere oplossing is) herzien en een aantal centrale banken (uitgezonderd de ECB) duldt meer inflatie dan vroeger het geval was. Beleggers moeten dus de inflatiegevoeligheid van hun portefeuille goed inschatten.

6. Spreadstrategieën (bedrijfsobligaties, papier uit de opkomende landen) kennen lange trends van spreadcompressie tegenover staatspapier van hoge kwaliteit, terwijl aandelen geregeld nood hebben aan nieuwe impulsen. De langlopende herfinancieringen van de ECB eind 2011 en begin 2012 hebben de beurzen slechts enkele weken verse zuurstof gegeven. Hetzelfde gold voor de verklaringen van Mario Draghi (namelijk dat de ECB alles zou doen om de euro te verdedigen). Dat impliceert minibeurscycli.

7. Als de onzekerheid hoog is, is de verwachte opbrengst op langere termijn dat ook omdat de prijzen van de activa dan laag zijn. Een afname van de onzekerheid resulteert dus in lagere verwachte opbrengsten omdat de markten ondertussen gestegen zijn.
Die laatste les is misschien wel de belangrijkste het laatste jaar: durven kopen als de zaken er slecht voorstaan maar men toch voldoende redenen heeft om in een verbetering van de situatie te geloven.


William De Vijlder is Chief Investment Officer, Strategie en Partners BNP Paribas Investment Partners