Lehman vijf jaar later
Het is vijf jaar geleden dat dankzij Lehman Brothers de Amerikaanse hypotheekcrisis ontaardde in een mondiale bankencrisis. Wall Street heeft het bankroet van de zakenbank gaandeweg verteerd. De aandelenmarkten uit de eurozone zijn dit debacle nog steeds niet te boven.
Op zondag 14 september 2008 viel laat in de avond het doek over Lehman Brothers, al bleven de dochterbedrijven buiten de surseance. Eerder op diezelfde dag kocht Bank of America op nadrukkelijk verzoek van de Federal Reserve Merrill Lynch op, dat ook in problemen verkeerde.
Het faillissement van Lehman Brothers bracht ook Nederlandse banken in de problemen. Het verspreidde zich als een olievlek over de mondiale economie. Alle Nederlandse financiële instellingen werden op de een of andere manier door het debacle getroffen. Het leidde tot de ondergang van de Belgisch-Nederlandse bankverzekeraar Fortis. Aegon, ING, NIBC en SNS moesten bij de overheid schoorvoetend aankloppen voor staatssteun en ABN Amro werd zogenaamd gered uit de kluwen van het virtueel failliete Fortis.
Vijf jaar later kijkt de AEX nog steeds tegen een verlies van 22,73 punten aan, oftewel een min van 5,7 procent. De S&P 500 daarentegen heeft het faillissement van Lehman Brothers al lang achter zich gelaten en het reeg dit voorjaar zelfs een aantal hoogterecords aaneen. De beursgraadmeter met de vijfhonderd belangrijkste bedrijven voor de Amerikaanse economie noteert vijf jaar na dato 34,9 procent hoger.
Wie vijf jaar geleden nietsvermoedend instapte of dacht dat het zo’n vaart niet zou lopen, moest aanvankelijk zware verliezen incasseren. Tot aan de bodem van 6 maart 2009 zouden de koersen op Wall Street maar liefst met 46,7 procent dalen. Op het dieptepunt van de Amerikaanse markt bleek zelfs dat het puntenniveau van de AEX gehalveerd was. In het herstel dat daarop volgde, steeg de S&P 500 gaandeweg met 153,2 procent. De Amsterdamse hoofdindex daarentegen moet genoegen nemen met een beursklim van 90,1 procent.
Zoals gezegd, per saldo kleurt de AEX nog steeds 5,7 procent in het rood en noteert de S&P 500 inmiddels vijf jaar na dato 34,9 procent hoger. Maar stel dat je destijds besloot om elke maand voor honderd dollar (euro) aandelen te kopen van een indexfonds dat de S&P 500 (AEX) een op een spiegelt, dan blik je nu terug op respectievelijk 43 procent winst en warempel een plus van 20,5 procent, niettegenstaande het feit de AEX nog steeds 5,7 procent onder water staat.
Kortom, het gespreid kopen in de tijd is het levenselixer van Jan de Belegger. Wie echter de markt kan lezen, doet zichzelf met middelen tekort. Bodemvissen loont, maar het is o zo moeilijk, ook voor doorgewinterde beleggers. @ Ivan Snurer
Op zondag 14 september 2008 viel laat in de avond het doek over Lehman Brothers, al bleven de dochterbedrijven buiten de surseance. Eerder op diezelfde dag kocht Bank of America op nadrukkelijk verzoek van de Federal Reserve Merrill Lynch op, dat ook in problemen verkeerde.
Het faillissement van Lehman Brothers bracht ook Nederlandse banken in de problemen. Het verspreidde zich als een olievlek over de mondiale economie. Alle Nederlandse financiële instellingen werden op de een of andere manier door het debacle getroffen. Het leidde tot de ondergang van de Belgisch-Nederlandse bankverzekeraar Fortis. Aegon, ING, NIBC en SNS moesten bij de overheid schoorvoetend aankloppen voor staatssteun en ABN Amro werd zogenaamd gered uit de kluwen van het virtueel failliete Fortis.
Vijf jaar later kijkt de AEX nog steeds tegen een verlies van 22,73 punten aan, oftewel een min van 5,7 procent. De S&P 500 daarentegen heeft het faillissement van Lehman Brothers al lang achter zich gelaten en het reeg dit voorjaar zelfs een aantal hoogterecords aaneen. De beursgraadmeter met de vijfhonderd belangrijkste bedrijven voor de Amerikaanse economie noteert vijf jaar na dato 34,9 procent hoger.
Wie vijf jaar geleden nietsvermoedend instapte of dacht dat het zo’n vaart niet zou lopen, moest aanvankelijk zware verliezen incasseren. Tot aan de bodem van 6 maart 2009 zouden de koersen op Wall Street maar liefst met 46,7 procent dalen. Op het dieptepunt van de Amerikaanse markt bleek zelfs dat het puntenniveau van de AEX gehalveerd was. In het herstel dat daarop volgde, steeg de S&P 500 gaandeweg met 153,2 procent. De Amsterdamse hoofdindex daarentegen moet genoegen nemen met een beursklim van 90,1 procent.
Zoals gezegd, per saldo kleurt de AEX nog steeds 5,7 procent in het rood en noteert de S&P 500 inmiddels vijf jaar na dato 34,9 procent hoger. Maar stel dat je destijds besloot om elke maand voor honderd dollar (euro) aandelen te kopen van een indexfonds dat de S&P 500 (AEX) een op een spiegelt, dan blik je nu terug op respectievelijk 43 procent winst en warempel een plus van 20,5 procent, niettegenstaande het feit de AEX nog steeds 5,7 procent onder water staat.
Kortom, het gespreid kopen in de tijd is het levenselixer van Jan de Belegger. Wie echter de markt kan lezen, doet zichzelf met middelen tekort. Bodemvissen loont, maar het is o zo moeilijk, ook voor doorgewinterde beleggers. @ Ivan Snurer