Commentaar: Bijziendheid troef
Dat de financiële markten de uitslag van het Britse referendum niet helemaal hadden zien aankomen is nogal een understatement. In twee dagen tijd verloren de wereldwijde aandelenbeurzen liefst $3 bln ($3000 mrd) aan waarde, zo berichtte de Financial Times. Een record, aldus de Britse krant. Het is echter verstandig om deze $3 bln verlies in perspectief te plaatsten. Tussen medio juni en de dag van de uitslag van het Britse referendum werden de aandelenmarkten wereldwijd namelijk bijna $2,1 bln meer waard. De waarde van de wereldwijde aandelenmarkten ligt nog slechts 2,5% onder het niveau van medio juni.
De hevige koersreactie op de aandelenmarkten na de Brexit was volgens Andrew Lapthorne, kwantitatief strateeg bij Société Générale, zeker in dezelfde mate terug te voeren op de zelfgenoegzaamheid van beleggers in de aanloop naar het Britse referendum als op de reactie op de uitslag ervan. Financiële markten zijn duidelijk niet erg bedreven in het inprijzen van ‘binaire gebeurtenissen’ zoals het risico op een Brexit of een Grexit, voegde Matt King, obligatiestrateeg bij Citi daar aan toe.
Volgens Lapthorne zijn de koersen in het algemeen niet hard genoeg gedaald om van een echte koopkans te spreken. King vreest bovendien een vicieuze cirkel waarin iedere stap naar protectionisme en afkeer van globalisering meer olie op het politieke vuur gooit en de roep van kiezers om nog extremere politieke maatregelen uitlokt. Een scenario waar financiële markten nog steeds te weinig rekening mee houden, meent hij.
De onvrede van kiezers wordt mogelijk ook gevoed door de lage groei van de arbeidsproductiviteit. De bank voor Internationale Betalingen, het overkoepelend orgaan van de centrale banken, stelt in het deze week gepubliceerde jaarverslag dat de lage groei van de arbeidsproductiviteit een ‘schaduw werpt over de toekomstige verbetering van de levensstandaard’. Dat is een van de onderdelen van wat de BIB de ‘risico-drie-eenheid’ voor de wereldeconomie noemt. De BIB ziet ook de historisch hoge schuldniveaus en de beperkte bewegingsruimte voor begrotings- en monetaire autoriteiten als risico’s voor de mondiale economische groei. Deze nog steeds niet opgeloste langetermijnproblemen houden financiële markten kwetsbaar, ook al zijn beleggers inmiddels wel van de eerste Brexit-schok bijgekomen.