Mooie kwartaalcijfers ING
ING lijkt de goede weg te zijn ingeslagen en wij raken er meer van overtuigd dat de bank deze lijn kan vasthouden. Gezien de flinke koersdaling worden de aandelen nu verhandeld op een k/w van 8,8. Reden om ons advies te verhogen naar kopen.
Hogere eisen aan buffers
De CET 1 ratio verbeterde licht van 12,9% aan het eind van het eerste kwartaal tot 13,1%. Afgelopen vrijdag bleek uit de Europese stresstest van de EBA dat van die ratio 9,0% overblijft bij forse economische tegenwind. De test zette de koersen van banken de afgelopen dagen flink onder druk. ING eindigde in de middenmoot en deed het beter dan Rabobank die op 8,1% uitkwam, maar slechter dan ABN Amro die 9,5% overhield. De Europese banken moeten de komende vier jaar mogelijk honderden miljarden extra kapitaal ophalen om te voldoen aan nieuwe regels die vanaf 2020 gaan gelden. MREL (Minimum Required Eligible Liabilities) houdt in dat een bank in nood eerst zijn uitstaande obligaties moet afschrijven, voordat het op andere reddingsmiddelen zoals het Europese noodfonds kan rekenen. Dat kan Europese banken tussen de €470 mrd en €790 mrd gaan kosten. Dit wijst erop dat de voortgang die ING boekt goed is, maar nog niet afdoende. Dat kan ook verklaren waarom ING, ondanks de mooie resultaten in het tweede kwartaal, het interim-dividend niet verhoogt.Verbeterde efficiency
De cost/income ratio kwam in het tweede kwartaal uit op 49,1% vergeleken met 53,2% een jaar geleden. Een mooie vooruitgang, maar de vraag is of deze ratio in het tweede halfjaar kan worden vastgehouden. In het eerste en vierde kwartaal is de ratio meestal een stuk hoger door regelgevingskosten, maar afgezien daarvan is in het verleden vaak gebleken dat een efficiencyverbetering in een kwartaal nogal eens een eenmalig karakter kan hebben, waardoor de ratio het volgende kwartaal weer flink oploopt. Een minpunt was de verslechtering van de ratio van 53,8% naar 61,5% in Nederland. Dat kwam vooral door €137 mln aan extra voorzieningen voor de coulancevergoeding voor mkb-klanten met een rentederivaat.Bekijk de detailpagina van ING
De cijfers die ING presenteerde waren beter dan de markt had verwacht, maar één zwaluw maakt nog geen zomer. De vraag is of deze prestaties ook in de tweede jaarhelft kunnen worden verwacht. Wij zien voldoende positieve ontwikkelingen om ING het voordeel van de twijfel te geven.
ING presenteerde woensdag beter dan verwachte kwartaalcijfers. De totale baten stegen 9,0% op jaarbasis tot €4,55 mrd (consensus 4,21), terwijl de operationele kosten 0,6% lager uitvielen dan een jaar geleden. De onderliggende nettowinst steeg 26,7% op jaarbasis tot €1417 mln (consensus 1050). De goede resultaten waren vooral te danken aan een verbetering bij Financial Markets, groei in kredietverlening, goede kostenbeheersing en hoger dan verwachte eenmalige meevallers. De uitstaande kredieten stegen in het tweede kwartaal per saldo met €14,8 mrd. In het eerste halfjaar trok de bank 650.000 nieuwe particuliere klanten aan waarmee het totaal uitkwam op 35,1 mln. De helft van die klanten kwam uit snel groeiende markten als Polen, Roemenië en Turkije. Het renteresultaat verbeterde met 5,3% op jaarbasis tot €3,27 mrd. ING wist de rentemarge op kwartaalbasis stabiel te houden op 150 basispunten. Ook de commissie-inkomsten groeiden en kwamen met €610 mln 4,5% hoger uit.
Hogere eisen aan buffers
De CET 1 ratio verbeterde licht van 12,9% aan het eind van het eerste kwartaal tot 13,1%. Afgelopen vrijdag bleek uit de Europese stresstest van de EBA dat van die ratio 9,0% overblijft bij forse economische tegenwind. De test zette de koersen van banken de afgelopen dagen flink onder druk. ING eindigde in de middenmoot en deed het beter dan Rabobank die op 8,1% uitkwam, maar slechter dan ABN Amro die 9,5% overhield. De Europese banken moeten de komende vier jaar mogelijk honderden miljarden extra kapitaal ophalen om te voldoen aan nieuwe regels die vanaf 2020 gaan gelden. MREL (Minimum Required Eligible Liabilities) houdt in dat een bank in nood eerst zijn uitstaande obligaties moet afschrijven, voordat het op andere reddingsmiddelen zoals het Europese noodfonds kan rekenen. Dat kan Europese banken tussen de €470 mrd en €790 mrd gaan kosten. Dit wijst erop dat de voortgang die ING boekt goed is, maar nog niet afdoende. Dat kan ook verklaren waarom ING, ondanks de mooie resultaten in het tweede kwartaal, het interim-dividend niet verhoogt.
Verbeterde efficiency
De cost/income ratio kwam in het tweede kwartaal uit op 49,1% vergeleken met 53,2% een jaar geleden. Een mooie vooruitgang, maar de vraag is of deze ratio in het tweede halfjaar kan worden vastgehouden. In het eerste en vierde kwartaal is de ratio meestal een stuk hoger door regelgevingskosten, maar afgezien daarvan is in het verleden vaak gebleken dat een efficiencyverbetering in een kwartaal nogal eens een eenmalig karakter kan hebben, waardoor de ratio het volgende kwartaal weer flink oploopt. Een minpunt was de verslechtering van de ratio van 53,8% naar 61,5% in Nederland. Dat kwam vooral door €137 mln aan extra voorzieningen voor de coulancevergoeding voor mkb-klanten met een rentederivaat.