Opleving grondstofprijzen in 2016 zet niet door
Lees ook: Grootste internationale overname door Chinezen ooit
Wie mag dit artikel niet missen? U kunt als abonnee dit artikel cadeau geven aan uw vrienden of familie. Klik bovenaan het artikel op de link en het artikel wordt per e-mail doorgestuurd.
Na vijf opeenvolgende jaren met negatieve rendementen voor de grondstoffenindexen liet 2016 een herstel van de prijzen zien. Maar die opleving zet zich in 2017 voorlopig niet door. In het eerste kwartaal daalde de Bloomberg Commodity Index met 2,3% terwijl de S&P GSCI een negatief rendement van 2,5% liet optekenen. Beide indexen noteren wel nog respectievelijk 10 en 25% hoger dan 12 maanden geleden.
We onderscheiden twee belangrijke elementen die de prijsevoluties tot nog toe bepaalden. De hooggespannen verwachtingen voor de economische groei na de verkiezing van Donald Trump zijn een eerste factor. Die lieten de prijzen van basismetalen maar ook energie aanvankelijk flink toenemen. Intussen is het enthousiasme al wat bekoeld en nemen de markten een afwachtende houding aan. Een tweede element is de dollar, die begin dit jaar naar het hoogste peil in meer dan 14 jaar klom in anticipatie op een hogere groei en nieuwe renteverhogingen. Een duurdere dollar heeft in regel een negatief effect op de grondstoffenprijzen.
De edelmetalen presteerden in het eerste kwartaal bovengemiddeld goed met een klim van 8,5% voor goud en zelfs 14,4% voor zilver. Maar de grootste winst was voor palladium, dat meer dan 17% duurder werd. Platina was relatief gezien een achterblijver met een klim van 5%. De edelmetalen kopiëren voorlopig dus de prijsevolutie van vorig jaar. Deze groep kende ook in 2016 een sterke start, maar in de tweede jaarhelft vielen de prijzen fors terug.
Ook de basismetalen deden het goed met een klim van 7% voor de Base Metal index van de London Metals Exchange, die de prijsevolutie van 6 basismetalen schaduwt. Ook hier waren de onderlinge verschillen aanzienlijk met de grootste winsten voor lood (16%), aluminium (15%), zink (9%) en koper (6%). Bij nikkel en tin was het rendement negatief. Tijdens de laatste weken van het kwartaal vielen de prijzen wat terug tegenover het hoogtepunt van februari.
Op de energiemarkten heeft de euforie rond de OPEC-productieovereenkomst plaatsgemaakt voor meer realisme. Olie bevindt zich al geruime tijd in een vrij smalle prijsvork. De prijs van een vat West Texas Intermediate en Brent noteerde het grootste deel van het kwartaal boven $50 maar beide olievarianten sloten respectievelijk 4 en 6% lager af. Aardgas deed het nog een stuk slechter met een prijsdaling van 15%.
Suiker was de grootste verliezer bij de landbouwgrondstoffen met een prijsdaling van 14%. Katoen ging dan weer lopen met de grootste winst (9%). De prijzen van cacao en koffie evolueerden binnen het kwartaal erg volatiel maar per saldo bleven de verschillen beperkt. Bij de granen was het beeld gemengd met een klein verlies voor soja en bescheiden winsten voor maïs en tarwe.
Het tweede kwartaal belooft opnieuw boeiend te worden op de grondstoffenmarkten. Zullen de beloofde infrastructuurinvesteringen er komen en vooral wanneer en in welke mate? Slaagt China erin om economisch overeind te blijven? En gaan de bestaande handelsakkoorden op de schop? Zorgen uitzonderlijke weersomstandigheden voor vuurwerk bij de landbouwgrondstoffen? Al deze elementen worden bepalend voor de toekomstige prijsevolutie.
Lees ook: Grootste internationale overname door Chinezen ooit
Wie mag dit artikel niet missen? U kunt als abonnee dit artikel cadeau geven aan uw vrienden of familie. Klik bovenaan het artikel op de link en het artikel wordt per e-mail doorgestuurd.