Grondstoffen: Militaire actie zorgt voor (selectieve) prijsstijgingen
Bij wapengekletter in het Midden-Oosten gaan de prijzen van olie en goud klassiek de hoogte in. Dat was vorige week niet anders. Een vat Brent Noordzeeolie werd op weekbasis 4% duurder. Bij de Amerikaanse West Texas Intermediate (WTI) variant bleef de prijsstijging beperkt tot 3%. Aan de fundamentele marktsituatie (vraag-aanbod) verandert niet zo veel, want Syrië stelt op zich weinig voor als olieproducent. Maar als de spanningen verder oplopen, kan het conflict de regio wel verder destabiliseren. Intussen steeg het aantal operationele boorinstallaties in de Verenigde Staten (627) voor de twaalfde week op rij naar het hoogste cijfer sinds augustus 2015. Goldman Sachs verwacht dat de Amerikaanse productie van ruwe olie dit jaar met meer dan 200.000 vaten per dag zal toenemen. Ook in Brazilië stijgt de output van ruwe olie, wat de lagere productiecijfers van de OPEC-landen gedeeltelijk compenseert. Ruwe olie zit vooralsnog al sinds vorige zomer in een vrij nauwe prijsvork gevangen.
De prijzen van goud en zilver klommen vorige week naar het hoogste niveau sinds begin november. Toenemende oorlogsdreiging werkt de inflatoire verwachtingen in de hand door hogere militaire bestedingen en oplopende prijzen. Het enthousiasme werd nadien wat getemperd door een tegenvallend arbeidsmarktrapport. Er kwamen in maart minder banen bij dan verwacht, waardoor er op dit moment weinig gevaar is voor een sterk oplopende looninflatie. Goud en zilver noteren sinds het begin van 2017 respectievelijk 9 en 14% hoger (in dollar).
De index van de voedselprijzen van de Food and Agriculture Organisation (FAO), een onderdeel van de Verenigde Naties, daalde in maart met 2,8% op maandbasis. In februari bereikte deze index nog het hoogste peil in twee jaar. Ondanks de prijsdaling van maart noteert de index nog altijd 13,4% hoger dan 12 maanden geleden. Deze index wordt samengesteld op basis van prijzen van termijncontracten op landbouwgrondstoffen. Een en ander heeft daarom zeker op de korte termijn niet noodzakelijkerwijs invloed op de kleinhandelsprijzen voor voeding. Vaak maakt de grondstof zelf maar een klein deeltje uit van de prijs van het eindproduct.
Met uitzondering van vlees werden alle grondstoffen binnen de index vorige maand goedkoper. De grootste prijswijzigingen ondergingen suiker en plantaardige oliën. De suikerprijs daalde vorige maand met bijna 11% naar het laagste niveau sinds mei vorig jaar. Na de oogst in Brazilië, de grootste suikerproducent ter wereld, kwam er veel suiker op de markt. Tegelijkertijd daalde de vraag naar suiker voor de productie van de biobrandstof bio-ethanol. De sub-index van plantaardige oliën (soja- en palmolie) daalde met 6,2% op maandbasis. Palmolie viel terug naar het prijspeil van begin november door een lagere vraag en hogere opbrengsten in Zuidoost-Azië. De index voor de granen daalde met bijna 2% en bevindt zich nu op hetzelfde niveau als een jaar eerder. De FAO verwacht dat de mondiale productie van granen dit jaar slechts licht onder de recordhoeveelheid van vorig jaar zal uitkomen. Na een aantal jaren met bovengemiddelde oogsten zijn de voorraden bij met name maïs en tarwe sterk opgelopen.
Lees ook: Column: Koop aandelen die anderen haten
Wilt u op de hoogte blijven van alle actuele adviezen voor dit aandeel? U kunt u als abonnee aanmelden voor de alerts. Vink onderaan dit artikel het fonds aan of ga voor het volledige overzicht naar de alertspagina op onze website