Wat voor zwaan is Xi Jinping?
Overal ter wereld drukken politieke ontwikkelingen een stempel op de koersrichting van regionale aandelenmarkten. In Europa overheerst de laatste weken opluchting na de zege van Emmanuel Macron in de Franse presidentsverkiezingen en in de Verenigde Staten neemt de onrust toe door de onhandige en onvoorspelbare capriolen van president Donald Trump, terwijl in Brazilië de koersen hard onderuit gingen nadat president Michel Temer verwikkeld raakte in een groot corruptieschandaal. China vormt echter een uitzondering. Daar worden de krantenkoppen en de aandelenmarkt niet beheerst door politiek nieuws. Nog niet in ieder geval, want in het najaar vindt in Peking het 19e Partijcongres van de Communistische Partij plaats. Vijf van de zeven leden van het hoogste partij-orgaan – het Staand Comité van het politbureau – zullen dan met pensioen gaan. De aanstelling van nieuwe kopstukken geeft president Xi Jinping een uitgelezen kans om zijn stempel op de koers van de partij te drukken. China-volgers zijn voornamelijk benieuwd of Xi een poging waagt om het leeftijdsplafond voor leden van het Staand Comité te verhogen. Hiermee opent de 63-jarige Xi voor zichzelf de deur naar een mogelijk derde termijn als leider van de Communistische Partij in 2022. Er is hem er dan ook veel aan gelegen om te voorkomen dat de Chinese economie in de aanloop naar het congres plotseling ontspoort.
Onbetaalbare stadswoningen
De gevaren nemen verschillende vormen aan. De totale schuldenlast van het bedrijfsleven is opgelopen tot 169% van het bbp. Daarnaast vlakt de stijging van de arbeidsproductiviteit af en dat geldt ook voor de kapitaalinvesteringen, die in het verleden juist een belangrijke motor waren achter de relatief hoge economische groei in China. Voorlopig vormen de ontwikkelingen op de Chinese vastgoedmarkt echter de grootste bron van zorgen. De prijzen in de belangrijkste steden zoals Shanghai en Peking zijn in de afgelopen vijftien jaar met meer dan 300% omhoog geschoten. Een appartement in de eerstgenoemde stad kost ongeveer 50 maal een mediaan jaarinkomen in Shanghai. In New York ligt die verhouding op 32 en in andere wereldsteden is dat (veel) minder. Ook op basis van andere indicatoren is de Chinese huizenmarkt behoorlijk overgewaardeerd. Desondanks is de kans op een flinke correctie niet heel groot. De vraag naar nieuwe huizen en appartementen wordt voor veruit het grootste deel gedreven door gezinnen die van het platteland of de buitenwijken naar de stad verkassen. De overheid draait bovendien stevig aan de twee knoppen waarmee het de huizenmarkt kan beïnvloeden; de Chinese centrale bank heeft de korte rente dit jaar al driemaal verhoogd en in ruim veertig steden zijn maatregelen genomen om speculatie tegen te gaan, zoals het invoeren van het verbod om een woning binnen twee jaar door te verkopen of de verplichting om een flink deel van de aanschafwaarde met eigen geld te financieren. Vorige week werd bekend dat de gemiddelde huizenprijs in Shanghai licht is gedaald, terwijl de stijging in Peking bijna is stilgevallen. In de wat kleinere steden – de zogeheten tier-2 en -3 steden – liepen de prijzen vaak nog stevig op. In The Economist werd Xi vergeleken met een zwaan die door ogenschijnlijk rustig water met een verraderlijke onderstroom naar zijn doel glijdt. Het is te hopen voor beleggers dat over enkele maanden niet de vergelijking wordt gemaakt met een zwarte zwaan.
Lees ook: Waarom het onverstandig is om in te zetten op hogere volatiliteit
Wilt u op de hoogte blijven van alle actuele adviezen voor dit aandeel? U kunt u als abonnee aanmelden voor de alerts. Vink onderaan dit artikel het fonds aan of ga voor het volledige overzicht naar de alertspagina op onze website