Snurer blikt vooruit: Twee stappen vooruit, een achteruit
De term Fang dook medio 2015 voor het eerst op in de financiële wereld, maar strikt genomen verwijst het naar een West-Afrikaans volk. Het fantasiewoord Fang bestaat uit de initialen van Facebook, Amazon, Netflix en Google en is onderhand een verzamelterm geworden voor de blikvangers van de Nasdaq. Want soms staat de A voor Apple of telt de afkorting vijf aandelen of wordt het acroniem voorzien van een M, de voorletter van Microsoft. Met als gevolg dat in het kielzog van de Fang-aandelen letterwoorden als Faang, Fanga en Famang opduiken.
Met name op maandag 11 juni hielden beleggers op Wall Street hun adem in. De Fang-aandelen hadden de vrijdag ervoor al een daling laten optekenen, maar nu waren zij het meewerkende voorwerp van een stevige correctie die de S&P500 mee omlaag trok. Hoewel beursstrategen al een poos rekening houden met een stevig correctie, zat bij beleggers de schrik er goed in. In 2015 en 2016 zetten de populaire technologieaandelen hun beste beentje voor, waardoor sommige beleggers in de Fang’s een alternatief zagen voor obligaties. Wat ook andere aandelen deden, de koersen van de populaire Fang-aandelen leken alleen maar te stijgen.
Inmiddels is bekend dat het slechts om een lichte correctie ging, maar de meeste Fang-aandelen zijn de koersdaling nog niet te boven, alleen Facebook en Google, dat in oktober 2015 werd omgedoopt tot Alphabet met behoud van tickersymbool. Niet dat er sprake was van paniek, de hoge waardering van de Amerikaanse aandelen en de naderende renteverhoging van de Federal Reserve, riep toch bij sommige beleggers herinneringen op aan het knappen van internetzeepbel. Ook toen waren aandelen stevig aan de prijs en had de Amerikaanse centrale bank al een aantal keer de rente verhoogd en… zette de S&P500 zoals nu zijn opmars voort.
En vorige week was er plots de daling van de olieprijs. Na maanden van relatieve rust, zakte de prijs voor een vat aardolie onder de $45. Normaalgesproken gaan de koersen van aandelen omhoog als de olieprijs daalt, want dat betekent dat consumenten minder geld kwijt zijn aan brandstof- en stookkosten en ergo meer geld overhouden om andere (leuke?) dingen te doen. Maar de afgelopen jaren is de rente erg laag en de inflatie bijzonder laag omdat in een aantal westerse landen de economie de schok van de financiële crisis schoorvoetend te boven komt. Eigenlijk komt het erop neer dat het positieve effect van de lagere olieprijs verloren gaat omdat met name in de Verenigde Staten de olie-industrie groter is geworden. Amerikaanse olieproducenten hebben de voorbije jaren fors geïnvesteerd in de winning van schalieolie, maar dat neemt niet weg dat de gemiddelde kostprijs waarvoor zij winstgevend kunnen produceren per vat op $45-50 ligt. En als de prijs te lang daaronder zit, gaat dat niet alleen ten koste van de winstgevendheid, maar ook van de werkgelegenheid…
Op de keper beschouwd flirt de S&P500 al een week of drie met het niveau van 2450 punten, wat de psychologische opmaat is naar de horde van 2500 punten. Op maandag 19 en dinsdag 20 juni verkende de beursgraadmeter van de 500 belangrijkste bedrijven voor de Amerikaanse economie kort dat niveau. Welnu, we weten allemaal dat aandelen niet in een rechte lijn stijgen. Het heeft er alle schijn van dat beleggers op Wall Street gas hebben teruggenomen om op krachten te komen om in aanloop naar de halfjaarcijfers definitieve aanval op het niveau van 2500 punten te lanceren. Want vanuit fundamenteel oogpunt is er in de voorbije twee weken weinig veranderd aan het plaatje van de mondiale economie.
Lees ook : Snurer blikt vooruit: Zeepbel of gouden zwaan
Wilt u op de hoogte blijven van alle actuele adviezen voor dit aandeel? U kunt u als
abonnee aanmelden voor de alerts. Vink onderaan dit artikel het fonds aan of ga voor het volledige overzicht naar de alertspagina op onze website