Hoeveel mag de overheid lenen?
Eind 2015 waren de Republikeinen fel gekant tegen de verhoging van het schuldenplafond van de overheid, het bedrag dat de Amerikaanse overheid maximaal kan lenen, oftewel de toegestane hoogte van de staatsschuld. Zodra dit bedrag wordt bereikt, worden alle niet-essentiële overheidsactiviteiten direct gestaakt in een zogeheten ‘government shutdown’.
Sinds het instellen van het schuldenplafond, in 1917, werd de limiet regelmatig verhoogd. In april 2011 echter, leidde de impasse over het verhogen van de wettelijke limiet tot de zo gevreesde government shutdown. Deze crisis werd zwaar afgestraft door kredietbeoordelaar Standard & Poor’s, die de Verenigde Staten op 5 augustus 2011 zijn AAA-status afpakte. Wall Street daalde in die periode met bijna 20%, want de AAA-rating is de allerhoogste kwaliteitskeurmerk voor staats- en bedrijfsleningen en het verlies ervan leidt in principe tot hogere leenkosten.
Muurvast
In het voorjaar van 2011 voerde het Witte Huis een verbeten strijd met het Congres. De onderhandelingen tussen president Obama (Democraat) en de Republikeinen sleepten zich maandenlang voort, maar op zondag 31 juli bereikte men een akkoord op hoofdlijnen. De belangrijkste afspraak: in ruil voor het ophogen van de schuldenlimiet met $900 mrd, zou over 10 jaar voor $917 mrd bezuinigd worden. De reactie van de markten was neutraal tot negatief.
Ook in het najaar van 2013 zat het overleg over het schuldenplafond muurvast. De aanleiding van de shutdown was de invoering van de verplichte ziektekostenverzekering. De Republikeinen probeerden de invoering uit te stellen door dit punt onderdeel te maken van de begrotingswetgeving. President Obama en de Democraten weigerden, en korte tijd later ging een groot aantal overheidsdiensten op slot.
De ironie wil dat de afschaffing van ‘Obamacare’ een hoofdpijndossier is voor president Trump. Als presidentskandidaat had de Republikein beloofd dat hij de ziekenfondswet zou afschaffen en vervangen door een betere wetgeving. Maar daar is weinig van terechtgekomen. Ook zijn verkiezingsbeloftes om de belastingdruk te verlagen en infrastructuur te moderniseren blijken vooralsnog zonder waarde. Het zijn wel twee maatregelen die de overheidsschuld flink zouden doen oplopen.
Het schuldenplafond staat nu op $19.808 mrd. Als het Congres de debt ceiling niet voor 29 september 2017 verhoogt, dan kan de overheid enkel nog aan zijn betalingsverplichtingen voldoen uit de middelen die zij krijgt, daar zij geen nieuwe leningen meer mag aangaan. Als de belastinginkomsten te laag zijn, dan kan de overheid ervoor kiezen om in haar personeels- en sociale uitgaven te snijden. Zij kan ook haar rentebetalingen staken, maar dat staat gelijk met wanbetaling, en dat zou een wereldwijde schokgolf op de financiële markten veroorzaken.
Kijkend naar de recente geschiedenis, zien we dat verhoging van het schuldenplafond enkel voor een impasse zorgt als het Witte Huis en het Congres het niet met elkaar eens kunnen worden over het fiscaal beleid. Dat gebeurde in 1985, 1995, 2002, 2003, 2011, 2013 en 2015. Vaak verschillen de president en het Congres van politieke kleur, zoals bij Obama en de Republikeinse meerderheid in de Senaat. De laatste jaren wordt de discussie over het schuldenplafond vaak ingezet als politiek pressiemiddel. De oppositie kan dan tijdelijk meer druk op de regering uitoefenen, maar Trump en de meerderheid in het Congres zijn van dezelfde partij. Het is aan Trump om een oplossing voor de huidige impasse te vinden zonder nieuwe barrières op te werpen.
Wie mag dit artikel niet missen? U kunt als abonnee dit artikel cadeau geven aan uw vrienden of familie. Klik bovenaan het artikel op de link en het artikel wordt per e-mail doorgestuurd.