Ulrich Gerhard, BNY Mellon-obligatiefonds: ‘Ons fonds kan een rentestijging weerstaan’
High yield bedrijfsobligaties bieden een aantrekkelijke risicopremie ten opzichte van staatsleningen. Maar een sterke rentestijging zou tot behoorlijke koersverliezen kunnen leiden. Obligatiekoersen bewegen zich immers tegengesteld aan de rente. Het Short-Dated High Yield Bond Fund van de Amerikaanse vermogensbeheerder BNY Mellon weet echter de rentegevoeligheid aanzienlijk te verlagen en toch een vergelijkbaar effectief rendement te boeken als in de traditionele highyieldmarkt. Dat doet het fonds door zich te richten op kortlopende leningen in een mondiaal beleggingsuniversum. Sinds de introductie van de strategie, eind 2009, bedraagt het totaalrendement 6,30% per jaar, tegen een relatief lage volatiliteit. We vroegen fondsmanager Ulrich Gerhard om een toelichting.
Hoe verklaart u het succes van de strategie?
‘Een van de voordelen is onze grote flexibiliteit. We kunnen niet alleen in high yield bedrijfsobligaties beleggen, maar ook in converteerbare obligatieleningen, bankleningen, opkomende bedrijfsschulden en asset-backed securities. Daardoor hebben we meer mogelijkheden om rendement te behalen. Verder kijken we niet top-down, maar maken we een fundamentele bottom-up analyse van bedrijven. Met een groot team van 40 sectorspecialisten hebben we hiervoor de expertise in huis. Vanwege de focus op kortlopende leningen hoeven ze maar 18 maanden vooruit te kijken en kunnen ze de te verwachten vrije kasstroom van bedrijven goed inschatten. Zodoende zijn we in staat om kredietverliezen te vermijden en hopelijk de hele kredietpremie te incasseren.’
Verwacht u een rentestijging en wat voor effect heeft dit op de highyieldmarkt?
‘Ik denk niet dat de rentes ooit nog naar de niveaus gaan die we vroeger hebben gezien. Overheden hebben eenvoudigweg te veel schulden en controleren de centrale banken. Als de Duitse tienjaarsrente naar de 2% stijgt, dan zou de Italiaanse rente naar 5% klimmen. Dat gaat niet gebeuren, omdat het land vanwege zijn hoge staatsschuld nu al bijna de afgrond inglijdt. Rentes zullen weliswaar oplopen, maar nog geruime tijd op een laag niveau blijven. Niettemin zal een rentestijging de rendementen in de obligatiemarkt onder druk zetten. Onze verwachting is dat de Duitse tienjaarsrente tegen eind dit jaar is verdubbeld naar circa 0,80%. Vooral het investment grade-segment loopt dan gevoelige klappen op, maar ook BB-highyieldleningen. Dit fonds zal beleggers echter beschermen tegen koersverliezen door de focus op kortlopende leningen. Wij kunnen het geld uit aflossingen immers weer herbeleggen tegen hogere yields. Gegeven het renterisico zou ik nu niet in Europese of Amerikaanse highyieldleningen met een looptijd van 10 of 12 jaar willen beleggen.’
Wat voor rendement mogen beleggers verwachten?
‘Het fonds biedt nu een effectief rendement van 4,2%. Voor de euro-fondsklasse na afdekking van het valutarisico is dat circa 3%. Dat is ongeveer evenveel als de euro highyieldmarkt, maar de rentegevoeligheid en daarmee het renterisico liggen veel lager. Zo bedraagt de gemiddelde looptijd 1,45 jaar, tegenover 4 tot 4,5 jaar voor de Barclays High Yield index. Met een gemiddelde B+ rating in de Verenigde Staten en BB- in Europa wijken de kredietrisico’s in de portefeuille niet wezenlijk af van de benchmark. We kunnen dit rendement bieden, doordat euroleningen op dit moment minder dan 20% van de portefeuille uitmaken. We zien meer waarde op de Amerikaanse markt dan op de Europese. In dollars genoteerde highyieldleningen vormen daarom de hoofdmoot. Ook zitten we voor circa 15% in bedrijfsobligaties uit opkomende landen. Omdat we geen enkel valutarisico willen lopen, kopen we alleen opkomende bedrijfsschulden in dollars of euro’s. Daarnaast moeten de bedrijven hun omzet grotendeels genereren in harde valuta’s. Aziatische bedrijven geven vooral leningen uit in lokale valuta’s, zodat we voornamelijk beleggen in schulden van Latijns-Amerikaanse ondernemingen. Verder is de portefeuille vrij geconcentreerd, met zo’n 70 namen. Het voordeel daarvan is dat onze analisten de bedrijven nauwgezet kunnen volgen. Dit past bij onze benadering, die lijkt op de strategie van stock picking.’
Naar welke sectoren gaat jullie voorkeur uit?
‘We hebben het liefst defensieve sectoren en beleggen bijvoorbeeld niet in banken en verzekeraars. Maar we mijden ook farmaciebedrijven vanwege de hoge ontwikkelingskosten en kritische toezichthouders. Weliswaar is het opwaarts winstpotentieel bij de ontwikkeling van een succesvol medicijn aanzienlijk, maar daar profiteren wij als obligatiehouders niet van. De technologiesector laten we eveneens links liggen, want je weet nooit of de producten over een paar jaar nog bestaan. Voor obligatiehouders staat zekerheid voorop. Daarom prefereren we bedrijven met stabiele, voorspelbare kasstromen die ook in een recessie overeind blijven. De risico’s die kunnen leiden tot een duidelijke verslechtering van het kredietprofiel proberen we op voorhand altijd goed in kaart te brengen. Zo kijken we wat er gebeurt met de liquiditeitspositie als de uitgevende partij de komende twee jaar geen toegang heeft tot de kapitaalmarkt en maken we een inschatting van de risico’s die niet op de balans staan, zoals mogelijke pensioentekorten. Dit alles draagt bij tot een laag risicoprofiel. Het fonds blijft op de lange termijn achter bij de traditionele highyieldmarkt, maar daar tegenover staat een veel lagere volatiliteit. Voor defensieve inkomstenbeleggers is dat interessant.’
Lees ook: Vastgoed biedt prima kansen op rendement
Wilt u op de hoogte blijven van alle actuele adviezen voor dit aandeel? U kunt u als abonnee aanmelden voor de alerts. Vink onderaan dit artikel het fonds aan of ga voor het volledige overzicht naar de alertspagina op onze website