Waar moet ik op letten bij securities lending?
Het is tegenwoordig de gewoonste zaak ter wereld om bezittingen tegen een betaling beschikbaar te stellen aan andere mensen. Voorbeelden zijn het tijdelijk verhuren van woonruimte via Airbnb of het uitlenen van de auto via SnappCar. In de financiële wereld is het al decennialang gebruikelijk om aandelen, obligaties of effecten voor een kleine vergoeding beschikbaar te stellen aan andere partijen. Dat wordt ook wel ‘securities lending’ genoemd.
Beleggers kunnen allerlei redenen hebben om effecten te lenen. Soms willen ze positie kiezen voor een koersdaling. Ze gaan ‘short’ door de aandelen te verkopen in de hoop dat ze die tegen een lagere prijs kunnen terugkopen. Ook maken professionele handelaren, zoals market makers, gebruik van deze mogelijkheid om de handel zo vlot mogelijk te laten verlopen.
Hieronder een stappenplan voor wie overweegt zijn effecten uit te lenen.
Stap 1: Kijk of uw effecten worden uitgeleend
Veel partijen zien het uitlenen van stukken als aantrekkelijke extra inkomstenbron van de beleggingsportefeuille. Het wereldwijde aanbod van instrumenten voor securities lending komt op ongeveer $15 bln, maar daarvan is ongeveer $2 bln daadwerkelijk in andere handen.
Particuliere beleggers kunnen op verschillende manieren te maken krijgen met securities lending. Het komt vaak voor dat beleggingsfondsen of ETF’s een deel van de effecten in hun portefeuille uitlenen. Daarnaast zijn er verschillende brokers die op dit vlak actief zijn. Een voorbeeld is Binck, dat haar klanten sinds enkele maanden de keuze biedt hun stukken al dan niet uit te lenen.
Als belegger merk je overigens weinig van securities lending. Je kunt bij brokers gewoon in aandelen handelen zonder dat er problemen ontstaan als daar uitgeleende stukken bij zitten. Datzelfde geldt voor beleggingsfondsen en ETF’s: je kunt in- en uitstappen zonder dat securities lending een struikelblok vormt.
Stap 2: Zoek uit welke bescherming je hebt
Wie effecten uitleent, loopt het risico dat de tegenpartij er niet in slaagt om de stukken terug te geven. Bijvoorbeeld omdat een partij in financiële problemen komt of omdat de handel in de effecten volledig opdroogt. Instellingen kunnen zich echter op verschillende manieren tegen dit gevaar beschermen. In de eerste plaats moet er altijd een onderpand worden aangehouden. In de Verenigde Staten is de waarde minimaal 102% van de uitgeleende effecten en in Europa zelfs 105%. Meestal bestaat dat onderpand uit liquide aandelen of (staats)obligaties.
Het verkopen van het onderpand en het uitkeren aan de uitlenende partij kost vaak wat tijd. Hierdoor is er een gevaar dat de uitgekeerde waarde wat lager kan zijn dan de beurswaarde van de uitgeleende stukken. Het is dan ook verstandig om te kijken hoe partijen omspringen met het tegenpartijrisico. Beleggingsinstellingen die hoge eisen stellen aan (de kredietwaardigheid van) hun handelspartners, hebben een duidelijk streepje voor.
Stap 3: Kijk waar de vergoeding terecht komt
Voor het uitlenen van effecten ontvangen beleggingsinstellingen een vergoeding. In een normaal beursklimaat is dat meestal 0,2 à 0,3% van de waarde, maar dat kan in uitzonderlijke gevallen oplopen tot 1% of meer. In veel gevallen maakt een partij duidelijk waar deze inkomsten terecht komen. Bijna altijd worden die voor een deel doorgegeven aan beleggers. Soms gebeurt dat rechtstreeks in de vorm een vergoeding, soms in de vorm van lagere kosten.
Dit verklaart waarom sommige ETF’s niet of nauwelijks kosten in rekening brengen. Bij brokers kan hetzelfde onderscheid gemaakt worden. Binck geeft een deel van de opbrengsten aan de klant, DeGiro kiest juist voor zo laag mogelijke tarieven
Stap 4: Beoordeel of de beloning opweegt tegen het risico
De laatste stap is om af te wegen of het extra rendement van securities lending opweegt tegen de risico’s. In sommige gevallen is dat vrij eenvoudig tegen elkaar af te zetten. Bij brokers komt het neer op de vraag of de uitleen-inkomsten of lage kosten het risico waard zijn. In andere gevallen ligt dit echter aanzienlijk lastiger.
Heel vaak hebben fonds- en ETF-huizen richtlijnen over het percentage van de portefeuille dat uitgeleend mag worden. Daaruit wordt echter niet duidelijk hoe hoog het percentage voor een individueel product is. In het jaarverslag wordt dat wel vermeld, maar dat is uiteraard slechts een momentopname. De daadwerkelijke blootstelling aan securities lending verandert voortdurend. Hoewel partijen zoals Morningstar pleiten voor meer openheid en een uniforme berichtgeving hierover, is daarvoor in de beleggingswereld nog weinig animo.
Kader: buiten de schijnwerpers
Securities lending krijgt langzaam maar zeker meer aandacht in de beleggingswereld. Het uitblijven van grote tegenvallers is een belangrijke reden voor de relatieve onbekendheid van het fenomeen. BlackRock – de grootste vermogensbeheerder ter wereld – past securities lending sinds 1981 toe. Sindsdien heeft het elke maand een positieve bijdrage geleverd aan de fondsen waarbij aandelen worden uitgeleend. In die periode is het drie keer voorgekomen dat een tegenpartij niet aan de verplichtingen kon voldoen. Telkens was het onderpand voldoende om de schade voor BlackRock te compenseren.