Beleggen in de goedkoopste regio
Om de huidige populariteit van aandelen uit opkomende markten te illustreren, hoeven we niet verder de kijken dan de zogenoemde Shiller-k/w. Dit is een betrouwbare maatstaf, die de waardering van aandelen vaststelt over langere tijd.
Aandelen in de opkomende markten hebben momenteel een Shiller-k/w van 14. Het gemiddelde tussen 1998 en 2018 lag op 16,6. De huidige waardering ligt daarmee 16% lager dan het gemiddelde over deze periode. Ter vergelijking: de Shiller-k/w van Amerikaanse aandelen bedraagt op dit moment 33,41. Dat is 19% hoger dan het gemiddelde van 27,0 tussen 1998 en 2018.
Jaarverslagen minder betrouwbaar
Opkomende markten vormen de enige regio waar aandelen nu goedkoper zijn dan gemiddeld over de afgelopen twintig jaar. Daar zijn tal van redenen voor. Zo is het toezicht minder ontwikkeld dan op de westerse markten, waardoor de jaarverslagen minder betrouwbaar zijn. Ook kunnen de valuta’s van opkomende markten heftig bewegen, waardoor de rendementen tussentijds een flinke tik kunnen krijgen. Verder is de regio politiek minder stabiel dan de meeste westerse landen. Het voordeel hiervan is dat de waardering omhoog kan als zich op dit vlak positieve ontwikkelingen voordoen.
Zo ging het ooit ook in Nederland. Tijdens de economische crisis van begin jaren ’80, met hoge inflatie en werkloosheid, begon de AEX aan een opmars die de index binnen twintig jaar van 45 naar 700 bracht.
ETF met 1049 aandelen
Onze favoriete ETF in de opkomende markten is de Vanguard FTSE Emerging Markets UCITS ETF (VFEM). De ETF belegt in de 1049 grootste aandelen in de opkomende markten. Vanguard loopt elk individueel aandeel na. Er is geen sprake van swaps of sampling. Dat maakt het opvallend dat de totale kosten heel laag zijn (0,25% per jaar).
Dit is een positie die pas echt tot zijn recht komt als de belegger besluit hem minimaal een paar jaar aan te houden. Het kost immers tijd om van een benedengemiddelde waardering naar een normale waardering te gaan. Daarna moet er nog de inhaalslag gemaakt worden ten opzichte van de waardering in het westen, die een stuk hoger ligt.