Van Lanschot Kempen deelt uit
Eind jaren negentig was het dringen voor een plekje op het Damrak. Binnen drie jaar hebben meer dan vijftig ondernemingen een notering gekregen aan de Amsterdamse beurs. Dat waren vooral internet- of technologiebedrijfjes, die de internetcrisis niet hebben overleefd of sindsdien zijn overgenomen. Van Lanschot was in dit opzicht een vreemde eend in de bijt. De bank viert op 2 juli volgend jaar het twintigjarig beursbestaan. De geschiedenis van de onderneming voert echter veel langer terug. Het fundament voor het huidige bedrijf werd gelegd in 1737. Daarmee is het concern uit Den Bosch de oudste Nederlandse bank. De laatste jaren heeft het bedrijf een flinke gedaanteverandering ondergaan.
Margedruk en regelgeving
Van Lanschot Kempen is de internetcrisis na de beursintroductie goed doorgekomen. De kredietcrisis van tien jaar geleden vormde een veel grotere uitdaging. Een winst van €215 mln in 2007 sloeg binnen twee jaar om in een verlies van €16 mln. In de nasleep van de crisis was de beurswaarde ruimschoots gehalveerd. Daarbij viel het vooral op dat het beursherstel aanvankelijk aan het aandeel voorbij ging. Terwijl de AEX in de elf maanden na 1 maart 2009 met 57% opveerde, ging de beurskoers van de bank met ruim 10% onderuit. Daarmee anticipeerden beleggers op een periode van margedruk en strengere regelgeving. Onder meer omdat de kredietportefeuille van de corporate bank is afgebouwd, is het balanstotaal sinds 2009 onafgebroken gedaald van €21,3 mrd naar €14,7 mrd vorig jaar. Het aantal werknemers is in deze periode afgenomen van 2050 naar 1658. Op andere vlakken vertoont Van Lanschot Kempen ondertussen een mooie groei.
Wealth manager
Het klantvermogen is tussen 2012 en halverwege 2018 met 60% gegroeid naar €83,7 mrd. Onder meer hierdoor zijn de commissie-inkomsten als percentage van de totale omzet met 16,8 procentpunt opgelopen naar 58,1%. Dit is een van de speerpunten van de onderneming, die zich nu positioneert als een wealth manager. De positie op deze markt is de afgelopen jaren uitgebouwd door een serie overnames. In 2016 werd de private banking-afdeling van Staalbankiers ingelijfd. Een jaar later nam het bedrijf de Nederlandse vermogensbeheeractiviteiten van UBS over. Het concern heeft voldoende ruimte om in de komende jaren meer aankopen te doen. Door het afbouwen van de MKB-leningenportefeuille bij de corporate bank en het winstherstel op concernniveau is de kapitaalbuffer de afgelopen jaren namelijk behoorlijk opgelopen.
Kapitaal teruggeven
De CET1 ratio is omhoog geschoten van 9,3% in 2012 naar 21,4% eind juni. De buffer ligt daarmee een stuk hoger dan de 15 tot 17% die onderdeel is van de doelstellingen voor 2020. De onderneming heeft al een programma lopen om in de periode tot en met dat jaar €250 mln aan kapitaal terug te geven aan de aandeelhouders. Op 17 december keert de bank €1,50 per aandeel (€60 mln) uit, waarna de teller op €210 mln staat. Aandeelhouders kunnen volgend jaar een extra uitkering van €40 mln (€1 per aandeel) verwachten. De kans is groot dat dit bedrag zelfs nog hoger uitpakt, als een (middel)grote overname uitblijft. Zelfs onder een wat strenger kapitaalregime, is er meer dan voldoende ruimte om de komende jaren nog eens €250 mln uit te keren. De kapitaalpositie is uitstekend, maar het gaat veel moeite kosten om de andere twee doelen voor 2020 te halen.
Kosten beheersen
De bank wil de efficiency ratio – de verhouding tussen kosten en baten – terugschroeven richting 60 à 65%. De afgelopen jaren beweegt dat percentage zich vooral binnen een bandbreedte van 70 tot 80%. In de eerste drie kwartalen van dit jaar was dat zelfs 81,1%. De operationele kosten van €209,3 mln lagen €15,3 mln hoger dan een jaar eerder. Het verschil werd veroorzaakt door hogere salarissen (€9,9 mln) in de nasleep van de UBS-overname, consultancykosten (€4,3 mln) en it-projecten (€1,2 mln). Daarnaast heeft de bank last van de zeer lage rente. De hoge kostenratio maakt het lastig om het derde doel te halen: het opkrikken van het rendement op het kapitaal. Van Lanschot Kempen streeft naar een rendement op CET1 van 10 tot 12%. Vooralsnog blijft dat steken op 8,7%.
Duw in de rug
Het goede nieuws is dat het concern volgend jaar hoogstwaarschijnlijk een duw in de rug krijgt bij het najagen van de doelstellingen. Als gevolg van het rentebeleid van de ECB stonden de netto rente-inkomsten de afgelopen jaren scherp onder druk. De afgelopen vijf jaar zijn deze gedaald van €233,2 naar €196,6 mln (2017). Een oplopende rente biedt wat ruimte om de rentemarge weer wat op te schroeven. Daar staat tegenover dat een stijgende rente gebruikelijk gepaard gaat met een meer beweeglijk beursklimaat. Dat heeft gebruikelijk een weerslag op het beursklimaat en indirect op de commissie-inkomsten. Van Lanschot Kempen heeft deze zaken uiteraard niet in de hand. Dat geldt wel voor de kosten. In dit opzicht is de flinke stijging in het eerste halfjaar een uitschieter.
Conclusie
Hoewel er ruimte ligt om de efficiency ratio te drukken richting 70%, moeten er wel heel harde maatregelen genomen om de doelstelling van 60 à 65% te halen. Dat ligt onder de huidige omstandigheden niet voor de hand. De onderliggende winst is in de eerste negen maanden van 2018 met 32% gedaald naar €47,2 mln. De terugval is een gevolg van een eenmalige meevaller in 2017. Met een winst van circa €1,85 is Van Lanschot binnen de (private) banksector behoorlijk aan de prijs met een k/w van 12,3. Het reguliere dividend en de extra kapitaaluitkeringen maken echter heel veel goed. Beleggers mogen hopen op een dividendrendement dat de komende jaren in de buurt komt van de 10%. Zelfs ondanks dat het een hele uitdaging wordt om de winst op eigen kracht te laten groeien in de uitdagende markt, is Van Lanschot Kempen het aanhouden meer dan waard.
Van Lanschot Kempen in cijfers | 2017 | 2016 | 2015 | 2014 |
Operationele inkomsten | €514,8 mln | €481,8 mln | €520,6 mln | €547,0 mln |
Onderliggende nettowinst | €112,3 mln | €81,3 mln | €60,1 mln | €54,2 mln |
CET1 ratio | 20,3% | 18,6% | 16,3% | 14,6% |