Nabeurs: kiest Unilever de goede topman?
Bij Unilever maakt topman Paul Polman begin 2019 plaats voor Alan Jope. Aandeelhouders hebben veel plezier beleefd aan het bewind van Polman. Na zijn aantreden in 2009 is de beurskoers met ruim 180% gestegen. Dat is meer dan de stijging van de AEX, die met iets meer dan 100% omhoog ging. Bovendien slaagde Polman erin om de organisatie flink te verduurzamen. In de financiële pers wordt hij echter vooral afgerekend op het mislukte plan om het hoofdkantoor naar Rotterdam te halen.
In plaats van terug te blikken op de prestaties van de aftredende topman, is het voor beleggers echter interessanter om naar zijn opvolger te kijken. Zakenbank RBC Capital vroeg zich al af of de markt teleurgesteld was dat het concern geen echte rockster heeft aangetrokken. Dat roept de vraag op in hoeverre we verbaasd moeten zijn over de keuze van Unilever. En vooral: moeten we er teleurgesteld in zijn?
Topmannen uit eigen gelederen
Het antwoord op de eerste vraag is een duidelijk nee. De CEO1000 Tracker volgt de ontwikkelingen aan de top bij de 1.000 grootste (Amerikaanse) bedrijven. Meer dan driekwart van de topmannen van deze ondernemingen is naar zijn huidige positie gegroeid binnen de eigen organisatie. Bij heel grote concerns met meer dan 100.000 werknemers ligt dat aandeel zelfs nog een stuk hoger. Unilever heeft wereldwijd bijna 170.000 mensen in dienst. Als een topman zijn positie bereikt dankzij promotie uit de eigen gelederen, is dat vaak (30%) de coo (hoofd operationele zaken). In slechts 11% van de gevallen is dat een divisiemanager, zoals Jope bij Unilever. Nog eens 11% van de intern bevorderde topmannen was daarvoor financiële topman. Daar rekende ING-analist Reg Watson op, die Graeme Pitkethly als nieuwe leider had getipt.
Liever een buitenstaander?
De vraag of Unilever niet beter een topman van buitenaf aan had kunnen trekken, laat zich lastiger beantwoorden. Er is enorm veel onderzoek verricht omtrent dit vraagstuk. De achillespees van de meeste studies is dat er vaak onvoldoende onderscheid werd gemaakt tussen het effect van de maatregelen die een nieuwe topman neemt en de invloed van externe factoren, zoals problemen bij een belangrijke toeleverancier of bepaalde ontwikkelingen binnen een bepaalde bedrijfstak. In de Harvard Business Review is eerder dit jaar een onderzoek verschenen dat deze problemen ondervangt. De studie richt zich op topwisselingen in de Amerikaanse gezondheidssector. Binnen deze sector zijn volop wisselingen aan de top (490). Er zijn bovendien meer dan voldoende sectorgenoten waartegen de prestaties afgezet kunnen worden, zonder dat externe factoren veel impact hebben op het onderzoeksresultaat.
Wissels aan de top eerlijk beoordeeld
De wetenschappers legden aan de hand van verschillende maatstaven de productiviteitsontwikkeling in de vijf jaar na een wissel onder het vergrootglas. Aanvankelijk lagen de prestaties van bedrijven met een topman uit de eigen gelederen relatief hoog. Voor aandeelhouders Unilever is het aantreden van Jope voorlopig dus geen aanleiding om minder enthousiast te worden over het concern. Dit verschil werd na verloop van tijd echter ingelopen. Na vijf jaar bleken ondernemingen die een topman van buitenaf haalden, uiteindelijk net een streepje voor te hebben. Voor bedrijven mag dat echter geen aanleiding zijn om nu snel op zoek te gaan naar een veelbelovende externe manager. Ondernemingen waar geen wissel aan de top plaatsvond, presteerden namelijk nog het beste.
Rockster aan het roer
In plaats van teleurgesteld zijn dat Unilever geen rockster als topman krijgt, mogen ze hun handen dichtknijpen dat het bedrijf dit niet nodig heeft. Deutsche Bank en General Electric zijn recente voorbeelden waar een nieuwkomer aan de top het bedrijf weer op de rails moest krijgen. De koers van het bankconcern is sinds het aantreden van Christian Sewing begin dit jaar met 46% gedaald. Een mogelijk witwasschandaal is de meest recente klap. Bij General Electric heeft de in augustus 2017 aangetreden topman John Flannery alweer plaats moeten maken. Het lukte hem niet om operationeel orde op zaken te stellen. Ook na het aantreden van Jope heeft Unilever een goede positie binnen de voedingssector.
Wie per se toch wil beleggen in een bedrijf met een rockster aan het roer, kan zijn geld steken in Berkshire Hathaway. Warren Buffett is namelijk de enige topman die volle zalen trekt met zijn jaarlijkse beleggingsbijeenkomst in Omaha.