Marktleider Hunter Douglas bouwt aan toekomst
Hunter Douglas, de grootste producent van raambekleding ter wereld, leidt al jaren een onopvallend bestaan op de Amsterdamse beurs. Desondanks behoort het bedrijf tot de grootste bedrijven van ons land, met een jaaromzet van $3,6 mrd, bijna 25.000 medewerkers en fabrieken in meer dan 100 landen.
Op basis van de marktkapitalisatie van €2,2 mrd zou een plek binnen de AMX-index dan ook op zijn plaats zijn. Het aandeel ontbreekt daar echter, omdat Euronext als selectiebasis de vrij verhandelbare marktkapitalisatie hanteert. Met 81,2% van het aandelenkapitaal in handen van de familie Sonnenberg, blijven er maar 6,6 miljoen aandelen over die vrij verhandelbaar zijn. In 2005 wist de familie via een bieding haar belang te vergroten van 51 naar 71%, en in 2008 kwam daar nog eens 10 procentpunt bij door een tweede bieding.
Vanwege het geringe aantal uitstaande stukken laten institutionele partijen het aandeel links liggen. Dit biedt kansen voor de particuliere belegger.
Marktleider Hunter Douglas
Hunter Douglas ontstond in 1919. Henry Sonnenberg begon destijds een distributiebedrijf voor machinegereedschap in Duitsland. In 1933 verhuisde hij naar Nederland om in Rotterdam een soortgelijke onderneming op te richten. Hij bleef zeven jaar in Nederland, en emigreerde toen naar de Verenigde Staten. Daar richtte hij in 1940 Douglas Machinery op. Zes jaar later begon hij een joint-venture met Joe Hunter. Deze had een continu-gietmachine uitgevonden voor lichtgewicht aluminium strips die in jaloezieën gebruikt worden. Hunter Douglas, zoals het bedrijf vanaf dat moment heette, groeide in Amerika uit tot marktleider. Met lokale assemblagebedrijven maakte het producten op maat, al naar gelang de wensen en behoeften van de klanten.
In 1956 leidde een verschil van inzicht tussen Sonnenberg en Hunter ertoe dat de Amerikaanse activiteiten werden verkocht. Het hoofdkantoor verhuisde vervolgens naar het Canadese Montreal, vanwaar de internationale expansie van de raambekledingsactiviteiten vorm kreeg. Vanaf 1962 werden systemen voor plafonds, gevels en zonwering – grotendeels vervaardigd uit gerecycled aluminium – aan het assortiment toegevoegd. In 1969 kreeg Hunter Douglas een beursnotering en sinds 1971 staat het hoofdkantoor in Rotterdam. In datzelfde jaar werd Ralph Sonnenberg ceo, een rol die hij overnam van zijn vader. Onder het bewind van Sonnenberg junior groeide Hunter Douglas uit tot een wereldwijd actief en toonaangevend bedrijf op het gebied van raambekleding. Haar bekendste merk is Luxaflex.
Cijfers Hunter Douglas
De laatste cijfers van Hunter Douglas waarover we kunnen beschikken, hebben betrekking op de eerste drie maanden van dit jaar. De resultaten over het eerste kwartaal vielen niet tegen. De omzet kwam uit op $784 mln, een afname van 4,3% ten opzichte van dezelfde periode een jaar geleden. De daling kwam met name door negatieve valuta-effecten en het afstoten van bedrijfsonderdelen.
De volumes groeiden daarentegen met 2,0%. Het operationele resultaat (ebitda) kwam uit op $81,6 mln, een toename van 2,9% vergeleken met de eerste drie maanden van 2018. Onder de streep werd een nettowinst geboekt van $35 mln (€0,87 per aandeel). Was de belasting in het vierde kwartaal van 2018 nog eenmalig hoog ($47 mln), in het eerste kwartaal van dit jaar bedroeg deze $8,3 mln. Hunter Douglas maakte tijdens de kwartaalcijfers bekend uit te gaan van een aanhoudende maar tragere groei in haar twee belangrijkste afzetmarkten, Noord-Amerika (47% van de omzet) en Europa (41%).
Groeifactoren en marktaandeel
De focus van Hunter Douglas ligt op zowel autonome groei als groei door overnames. Naast het verhogen van de prijzen, het winnen van marktaandeel en het doen van overnames, is het bedrijf afhankelijk van de ontwikkelingen op de huizenmarkten. Met name van belang daarbij zijn de verkoopcijfers van bestaande woningen en nieuwe woningen in de Verenigde Staten, waar circa 47% van de omzet wordt gerealiseerd in Noord-Amerika. De marges liggen in deze regio bovendien hoger dan elders, waardoor dit met afstand de belangrijkste afzetmarkt is.
In 2018 bleven de bestaande-huizenverkopen in de VS redelijk stabiel. Uiteindelijk werden er circa 5,3 miljoen verkocht, tegen circa 5,5 miljoen in 2017. Het aantal verkochte nieuwbouwwoningen bedroeg in 2018 zo’n 617.000, 4000 meer dan in 2017.
Hoewel beide cijfers op het hoogste niveau staan sinds de kredietcrisis van 2008, is er nog voldoende opwaarts potentieel. Vóór de crisis lagen de aantallen namelijk nog een stuk hoger. Laten we bijvoorbeeld 2005 nemen. Toen werden er nog zo’n 7,1 miljoen bestaande woningen verkocht en circa 1,3 miljoen nieuwbouwwoningen. Naast de verkoop van huizen is ook het consumentenvertrouwen in de VS enorm belangrijk voor de producten van Hunter Douglas. Het cijfer kwam in de maand juni uit op 98,2, hetgeen duidt op groot vertrouwen onder Amerikaanse consumenten.
Advies
Op dit moment zie ik geen aanleiding om mijn taxatie van de winst per aandeel te wijzigen. Ik verwacht namelijk dat het consumentenvertrouwen in Noord-Amerika, de belangrijkste afzetmarkt, zal aanhouden. Zolang daarnaast de hypotheekrente en de werkloosheid laag blijven en de lonen stijgen, ga ik ervan uit dat verkoop van nieuwe en bestaande woningen stabiel blijft, dan wel licht zal groeien. Daarnaast rekent het management van Hunter Douglas op lagere belastingdruk in 2019, hetgeen een positieve impact zal hebben op de nettowinst.
Bij een verwachte winst van €6 per aandeel bedraagt de koerswinstverhouding 10. Bij een pay-out ratio van 33% komt het dividend uit op €2 en het dividendrendement op 3,2%.
De huidige beurskoers doet naar mijn mening geen recht aan het groeipotentieel. Ik herhaal daarom ons koopadvies. Gezien het gering aantal vrij verhandelbare aandelen raad ik beleggers wel aan om een limietorder te plaatsen bij de aanschaf van aandelen Hunter Douglas.