Twee goudprijzen, waarom niet?
In mijn vorige columns gaf ik aan dat de vraag naar goud als veilige haven is afgenomen en dat de vraag naar goud als risicovolle belegging is toegenomen. Het is een boodschap die veel beleggers waarschijnlijk niet willen horen. Zij kunnen met reden wijzen op het feit dat er dit jaar veel onzekerheden waren. Niettemin zou goud zich anders hebben gedragen dan het de laatste jaren heeft gedaan als het nog uitsluitend zijn vertrouwde rol had van toevluchtsoord voor ongeruste beleggers.
De goudmarkt is eind 2004 opengesteld voor het grote beleggingspubliek. Sindsdien is het veel makkelijker geworden om in goud te beleggen. De beleggingshorizon en -doelstellingen verschillen echter per belegger. Er zijn beleggers die goud kopen omdat ze het edelmetaal zien als de ultieme veilige haven. Zij kopen fysiek goud en stallen dit in een kluis (in huis of bij een bewaarinstelling). Zolang dit goud op naam van de belegger staat, is hij de eigenaar (contractueel vastgelegd).
Gedekt en ongedekt
Daarnaast zijn er beleggers die investeren in goudproducten die fysiek gedekt zijn. Per product moet dan echter goed gekeken worden wie de uiteindelijke eigenaar is van het fysieke goud en of de specifieke belegging andere risico’s met zich meebrengt. Ook zijn er beleggers die inzetten op schommelingen in de goudkoers. Deze producten zijn echter niet altijd gedekt door fysiek goud. Denk hierbij aan een rekening in goud, exchange traded products (ETP’s) zonder fysiek-gouddekking en synthetische producten zonder fysiek-gouddekking.
In feite kunnen beleggers voor ieder beleggingsdoel en iedere investeringshorizon een gepaste goudbelegging vinden. Beleggers die goud kopen als veilige haven zijn vaak geduldig. Ze laten zich namelijk niet snel beïnvloeden door kortetermijnschommelingen en zullen goud kopen als ze de prijs relatief aantrekkelijk vinden ten opzichte van de langetermijnvooruitzichten van het financiële systeem, de economie en de financiële markten. Ook zijn er veel beleggers die geld willen verdienen aan de kortetermijnschommelingen van de goudprijs. Zij zorgen voor meer beweeglijkheid van de koers.
Goud of cash?
Om te zien hoe dit in de praktijk werkt, blikken we even terug op de mondiale financiële crisis van 2008, toen de goudprijs flink steeg. Door de toenemende stress op de financiële markten kochten beleggers meer goud en deze trend ging door tot de climax van de liquiditeitscrisis. Vanaf dat moment begonnen beleggers goud en andere beleggingen in te ruilen voor dollars. Contanten werden voor deze beleggers toen dus waardevoller dan goud.
Maar wie waren precies die beleggers die toen hun goud verkochten? Waren het de beleggers die fysiek goud in de kluis hadden liggen voor het geval dat het hele financiële systeem in elkaar zou storten? Of waren het de beleggers die met goud speculeerden? De eerste groep beleggers zou wel drie keer nadenken alvorens goud te verkopen. Het systeem leek in te storten, maar zo ver was het nog niet. De paniek was vooral groot bij de speculanten die contanten nodig hadden in plaats van een goudbelegging.
Laten we nu een stap verder gaan. Stel, er zijn twee goudprijzen. Eén goudprijs voor alleen fysiek goud en één goudprijs voor alle andere (papieren) goudproducten. Hoe zou het gedrag van deze twee goudprijzen zijn? In goed functionerende financiële markten zonder paniek zal de goudprijs die fysiek goud vertegenwoordigt, waarschijnlijk minder snel stijgen (bij een positieve trend) en ook minder beweeglijk zijn dan de andere goudprijs. Bij een financiële crisis zal echter de goudprijs die fysiek goud vertegenwoordigt juist veel harder stijgen dan de ‘papieren’ goudprijs.
Volatieler
Al met al heeft de speculatieve vraag naar goud de goudprijs volatieler gemaakt. Daarnaast gedraagt goud zich steeds minder als veilige haven. De enige veilige vorm voor wie geen enkel vertrouwen heeft in het financiële systeem is nog steeds beleggen in fysiek goud. Zouden er twee goudprijzen bestaan, dan zou fysiek goud vooral de rol van veilige haven vervullen, met een navenante prijsontwikkeling. De andere goudprijs zou dan meer een financiële asset zijn, die zou kunnen dienen als anti-dollarbelegging.
Georgette Boele is edelmetalenspecialist bij ABN Amro.