Hebben vastrentende waarden nog waarde?
Beleggers die obligaties aanhouden om inkomen te genereren hadden het zwaar in 2019. Het volume aan obligaties met een negatief effectief rendement steeg namelijk van $8 bln in december 2018 tot meer dan $11 bln op dit moment.
Dit is in de eerste plaats een gevolg van de sterke economische vertraging die zich in 2019 wereldwijd voordeed als gevolg van de Chinees-Amerikaanse handelsoorlog. Die dwong de belangrijkste centrale banken in de wereld om hun beleidsrentes te verlagen en/of weer te beginnen met het opkopen van obligaties.
In de tweede plaats zochten beleggers vorig jaar, in de beangstigende context van geopolitieke instabiliteit, met name hun toevlucht in obligatiefondsen. In 2019 was dat de enige categorie beleggingsfondsen met positieve kapitaalinstroom. Door de grotere vraag naar obligaties daalde het effectief rendement op de obligatiemarkten.
Deze lage effectief rendementen zijn echter niet synoniem met slechte prestaties. Eind 2018 bedroeg het effectief rendement op tienjarige Amerikaanse en Europese staatsobligaties respectievelijk slechts 2,60% en 0,75%. Afgelopen jaar daalde dat toch al lage effectief rendement echter nog verder. Het rendement op Amerikaanse en Europese staatsobligaties bedroeg daardoor in 2019 respectievelijk 7,0% en 6,8%. Op de bedrijfsobligatiemarkt en de markt voor schuldpapier van opkomende markten lagen de rendementen zelfs tussen de 11 en 15%.
Tenzij we een grote recessie meemaken die de centrale banken zou dwingen om massaal in te grijpen, is het onwaarschijnlijk dat de obligatiemarkten dergelijke prestaties in 2020 zullen herhalen. De belangrijkste centrale banken hebben aangegeven een pauze in te willen lassen in hun beleid van monetaire versoepeling. Sommige centrale banken – zoals die van Zweden – hebben zelfs besloten om te stoppen met het experiment van negatieve rentetarieven.
Schokdemper
Wat moeten beleggers doen met hun obligatiebeleggingen in 2020 en daarna? In de eerste plaats moeten ze, wat staatsobligaties betreft, niet het kind met het badwater weggooien. Zelfs met negatieve rentes blijven die namelijk hun rol spelen als schokdemper in de portefeuille doordat hun correlatie met de aandelenmarkten negatief blijft. Het is dus noodzakelijk om staatsobligaties in portefeuille te houden. Daarbij is het wel van belang om te beseffen dat de ’verzekering’ die staatsobligaties bieden in het verleden gratis was, maar dat er tegenwoordig een negatieve rente voor betaald moet worden.
Ten tweede is het zaak dat beleggers de rentegevoeligheid – duration genoemd – van hun portefeuille verminderen. Het besluit van de Zweedse centrale bank om een einde te maken aan het experiment met negatieve rentes sterkt ons in onze opvatting dat rentetarieven niet voor altijd negatief zullen zijn – hoewel ze naar verwachting aanhoudend laag zullen blijven. Beleggers moeten er dus rekening mee houden dat rentetarieven de komende jaren langzaam normaliseren.
Tot slot mogen beleggers niet uit het oog verliezen dat het genereren van inkomen een van de belangrijkste kenmerken van de obligatiemarkten is. Hoewel dat inkomen te laag is geworden voor staatsobligaties van ontwikkelde landen, en zelfs voor veel segmenten van de bedrijfsobligatiemarkten, biedt schuldpapier van opkomende markten vaak nog wel een aantrekkelijk inkomen. Daarom verdient deze laatste beleggingscategorie de voorkeur in 2020 en de jaren daarna.
Al met al is er dus nog steeds potentieel te vinden in de obligatiemarkten. Wel is er een meer selectieve aanpak nodig om dat te benutten.