ESG | Rating-agencies versus je eigen huiswerk doen
Rusland is na de invasie van Oekraïne volledig oninvesteerbaar geworden. Je zou denken dat duurzame beleggers hier vast aan ontsnapt zijn. ‘Rating agencies’ moeten toch al langer negatief over het regime in Rusland zijn geweest? Zij leggen immers veel nadruk op ‘governance’, de G van ESG. Maar niets is minder waar.
Beoordelende bureaus zoals MSCI verlaagden hun rating op Rusland pas na de invasie. Als passieve duurzame belegger was je voor die tijd dus gewoon belegd in Russische bedrijven, of bedrijven met Russische exposure. Iets wat financieel niet altijd even handig blijkt te zijn.
Opgeblazen
Op maandagmorgen 26 september van dit jaar belt de Duitse gastransporteur Gascade met het Duitse ministerie van economie: “Er is geen druk meer in Nord Stream 2”, is de mededeling. Het ministerie belt direct met Nord Stream AG, het consortium dat verantwoordelijk is voor de constructie en werkzaamheid van de pijpleiding. “Er moet een lek zijn ergens”, is het antwoord. “Op land zouden we het gezien hebben, dus het moet onder water zitten.” Een paar honderd kilometer verderop landt een Deense militaire piloot met een opmerkelijke lading aan boord. Luchtfoto’s van een gebied met borrelend gas met een omvang van een vierkante kilometer. Een paar uur later bevestigt de Zweedse Marine dat Nord Stream 2 is opgeblazen. Slechts een paar uur later blijkt dat dit ook met Nord Stream 1 is gebeurd.
Het opblazen van de gasleidingen Nord Stream 1 en 2 was voor sommigen geen grote verrassing. De Amerikaanse inlichtingendiensten hadden de Duitse regering er zelfs al voor gewaarschuwd. Maar dit wilde niemand horen. In oktober 2021, minder dan een jaar geleden, concludeerde de Duitse regering nog dat Nord Stream geen veiligheidsrisico was.
Vrolijk door met investeren
Hiermee was de kous af voor veel beleggers, bedrijven en politici. Zij gingen door met investeren. Een belangrijke investeerder was de Duitse chemicaliënreus BASF, die een belang van 67% heeft in Wintershall DEA, dat weer voor 15,5% in Nord Stream AG zit. Een andere belangrijke investeerder in Nord Stream AG (9%) is de Nederlandse Gasunie. BASF heeft als grootverbruiker van gas (5% van het totale Duitse gasverbruik) een direct belang bij goedkoop gas, net als de Gasunie. Die economische afweging woog voor de bedrijven zwaarder dan het geopolitieke risico.
Waren alle Europese bedrijven en politici dan zo optimistisch? Nee! Een consortium van onverzettelijke verzekeraars bood koppig weerstand. Zij vonden het Nordstream-project wel een te groot veiligheidsrisico. In januari 2021 trokken 15 verzekeraars zich terug uit het project en de Verenigde Staten en enkele Europese landen begonnen zich er meer en meer tegen te verzetten. Zij vonden dat een extra pijpleiding Europa te afhankelijk zou maken van Rusland. Voormalig president Trump had al eerder zijn zorgen uitgesproken en sancties aangekondigd. President Biden wilde deze sancties nu wellicht verzwaren. Het was onder andere de angst voor extra sancties die de verzekeraars deed besluiten dat het project niet langer te verzekeren was. De geopolitieke risico’s waren simpelweg te groot.
Zonder de dekking van de verzekeraars was de pijplijnbeheerder Nord Stream AG volledig blootgesteld aan kosten voor schade, vertragingen of rechtszaken. Hoe groot deze kosten waren, leerden we recent uit de kwartaalcijfers van BASF. Het bedrijf moest €740 mln afschrijven op de positie in Nord Stream AG.
Eigen huiswerk doen
BASF heeft ondanks de Russische olie- en gasbelangen een ‘A’-rating bij MSCI, een van de hoogste ratings die je kan krijgen. Die inschaling is onveranderd. De verzekeraars trokken zich op tijd terug. Het risico woog voor hen zwaarder dan het mogelijke rendement.
Beleggers kunnen hier een les uit trekken voor hun risicomanagement. Zij moeten bepalen welk gedeelte ze willen laten onderzoeken door rating agencies en welk gedeelte zij zelf willen blijven doen. In dit geval loont eigen onderzoek dus wel degelijk. Anders blijven zij tegen dit soort ‘verrassingen’ aan lopen.