Voedingsrevolutie | Vier tips als bodem voor rendement
Wat treffen we over een paar jaar aan op ons bord? De afgelopen maanden lijkt bijna elk nieuwsbericht betrekking te hebben op hoe ons menu er over een paar maanden of paar jaar uitziet. De oorlog in Oekraïne heeft bijvoorbeeld de tarweprijs opgedreven tot een niveau dat de helft hoger ligt dan begin 2018. Op klimaatconferentie COP27, die vorig weekend in Egypte van start ging, wordt volop gesproken over maatregelen om klimaatverandering tegen te gaan. De afwisseling van overvloedige regenval, langdurige droogte en stijgende temperaturen vormt een bedreiging voor de toekomstige oogstopbrengst.
Op de kortere termijn heeft strenge milieuregelgeving – zoals de stikstofaanpak in Nederland – daar ook veel invloed op. Ten slotte speelt ook mee dat voedingspatronen veranderen. Millennials zijn bijvoorbeeld goed voor meer dan de helft van de totale markt voor organische voeding, tegenover minder dan 15% voor de babyboomers.
Beleggingskansen gezocht
Op het eerste gezicht lijken er door al deze veranderingen nauwelijks nieuwe beleggingskansen te ontstaan. In Nederland lukt het veevoerproducent ForFarmers bijvoorbeeld niet om hogere grondstofprijzen door te berekenen aan afnemers. De meest voor de hand liggende manier voor het bedrijf om de winst toch op te schroeven, is een combinatie van groei door overnames en besparingsmaatregelen.
Over de grens trekt de spectaculaire opkomst en even snelle terugval van Beyond Meat (MEAT) veel aandacht. Het Amerikaanse bedrijf maakt vleesvervangers die zo dicht bij het origineel liggen, dat sommige vegetariërs ze vanwege de natuurgetrouwe vleessmaak links laten liggen. De onderneming kreeg enorm veel aandacht bij de beursintroductie in 2019. De beurskoers schoot binnen enkele maanden omhoog van een introductieprijs van $25 tot meer dan $200. Maar omdat het niet lukte om de omslag naar overtuigende winstgevendheid te maken, is de beurskoers teruggevallen tot minder dan $15.
Beleggen in voedingsrevolutie
Toch gaan er achter de voedingsrevolutie die zich steeds duidelijker aftekent wel degelijk mooie kansen schuil voor beleggers. De truc is om verder te kijken dan de nieuwsberichten en bedrijven die momenteel alle aandacht naar zich toetrekken.
Ingredion | Plantaardig en diervriendelijk
Een goed voorbeeld daarvan is het Amerikaanse Ingredion (INGR). Dit bedrijf zet voedingsgewassen zoals doperwten, linzen en tuinbonen om in proteïnemix waarmee klanten vegetarische producten maken. Ingredion heeft ruim dertig zogeheten Idea Labs wereldwijd, waar meer dan 500 onderzoekers bezig zijn met het ontwikkelen van nieuwe ingrediënten en productieprocessen. Het doel is om een voedingsbasis te ontwikkelingen die qua smaak, textuur en vooral ook prijs en gemak goed aansluit bij het productieproces van voedingsbedrijven en de behoeftes van hun klanten. Het assortiment is behoorlijk breed: van meel en vezels tot kunstmatige zoetstoffen en plantaardige proteïnen.
Ingredion lift – onder meer dankzij de hele lijn glutenvrije ingrediënten – indirect mee op de groeiende markt voor plantaardige, vegetarische voeding. Daarbij mist de onderneming de bekendheid en merkkracht van grote voedingsconcerns. De operationele winstmarge van circa 10% ligt ongeveer de helft lager dan wat bij de voedingsreuzen gebruikelijk is. Dat verschil wordt veroorzaakt doordat een groot deel van de omzet afkomstig is van competitieve markten zoals kunstmatige suikervervangers (stevia), waar Ingredion weinig prijskracht heeft. Daar komt echter geleidelijk verandering in. Voor toekomstige groei kijkt het bedrijf nadrukkelijk naar de markt voor specialistische ingrediënten, waar de operationele winstmarge ruim dubbel zo hoog ligt als bij de meer traditionele activiteiten. Tussen 2012 en 2020 is de bijdrage van het specialistische segment al gegroeid van 20 naar 32% van de concernomzet. In 2025 kan dat percentage op 40 of meer uitkomen.
De winstgroei wordt behalve door een geleidelijk uitdijende marge vooral aangewakkerd door een stijgende omzet. In het derde kwartaal steeg die omzet met 15% naar $2,0 mrd. Dankzij de stijgende inkomsten en oplopende marge kan de winst de komende jaren met gemiddeld ruim 10% oplopen. Ingredion wordt verhandeld voor minder dan 13 maal de verwachte winst per aandeel van $7,10 voor het lopende jaar. De onderneming laat beleggers bovendien delen in de groei, via een dividend dat gestegen is van $0,80 in 2012 tot $2,84 (3,1% rendement). Ingredion heeft een gezonde balans met een nettoschuldpositie van minder dan twee maal de verwachte ebitda en een vrije kasstroom die de komende jaren snel kan stijgen richting $800 mln in 2024.
Agco | Slimmer zaaien en oogsten
Voor de productie van een kilo rundvlees is grofweg vijf tot tien kilo tarwe nodig. De groeiende populariteit van vleesvervangers speelt dus een grote rol bij het veiligstellen van de voedselvoorziening van de toekomst. Het is tevens van groot belang om slimmer, zuiniger en efficiënter om te springen met de beschikbare landbouwgrond. Op dat vlak is het Amerikaanse Agco (AGCO), dat ook deel uitmaakt van onze Dividendportefeuille, een veelbelovende belegging. De onderneming is vooral bekend als tractorfabrikant, met merken zoals Fendt, Valtra en Massey Ferguson. Maar een groeiend deel van de omzet is afkomstig van speciale apparatuur en diensten waarmee boeren met lagere kosten een hogere oogstopbrengst kunnen realiseren. Een goed voorbeeld is de Geo-Bird. Deze online dienst berekent van tevoren al de meest efficiënte routes voor zaaien of oogsten, waarbij onder meer rekening wordt gehouden met de te rijden afstand, rijduur en het aantal te maken bochten. Zo krijgen boeren meteen inzicht in hoeveel tijd en brandstof ze met een bepaalde route besparen.
De Xaver gaat in dit opzicht nog een stukje verder. Dit is een zaairobot, die via voorgeprogrammeerde gps-routes zelf allerlei gewassen inzaait. Aan de hand van grondstructuur- en vochtigheid bepaalt de robot zelf hoe diep de zaadjes geplant moeten worden. Bovendien is de bodemdruk maar liefst 80% minder dan bij reguliere tractors. De Xaver is elektrisch, zodat de grond ook niet vervuild wordt door olielekkage. In de eerste negen maanden van dit jaar is de omzet van Agco met 10% opgelopen naar $8,8 mrd. Dat is behalve aan hogere verkopen van de innovatieve diensten en producten overigens ook te danken aan een hogere tractorafzet. Door de wat trage groei van deze volwassen markt zal de omzetgroei van Agco de komende jaren uitkomen op gemiddeld 5 à 10%. Door de geleidelijke verbetering van de operationele marge (9,8%) kan de winst onderaan de streep nog wat sneller stijgen. Maar voor beleggers zijn vooral de waardering (k/w van 10,0) aanlokkelijk en de wijze waarop het bedrijf geregeld een speciaal dividend uitbetaalt, bovenop de groeiende reguliere uitkering van $0,96 (0,8% rendement). Vorig jaar was die uitkering $4,00 per aandeel en afgelopen zomer was dat $4,50. De gezonde balans biedt alle ruimte om ook in de toekomst regelmatig een speciaal dividend uit te keren.
Het goede nieuws is dat er steeds meer slimme initiatieven opkomen om verspilling tegen te gaan. Het Nederlandse Orbisk is daarvan een prachtig voorbeeld. De onderneming maakt een scanner die precies analyseert wat er in de vuilnisbak verdwijnt bij restaurants. Aan de hand van deze informatie kan het menu of de samenstelling van gerechten worden aangepast. Een ander voorbeeld is de ontwikkeling van slimme verpakkingsmaterialen, die ervoor zorgen dat voedingswaar langer vers blijft. Helaas voor beleggers wordt de innovatie vooral aangejaagd door niet-beursgenoteerde startups, terwijl de initiatieven van beursgenoteerde ondernemingen te klein zijn om zoveel gewicht in de schaal te leggen dat het nu al de basis vormt onder een koopadvies.
Darling Ingredients | Restafval recyclen
Behalve voor bedrijven die helpen om efficiënter om te springen met landbouwgrond, liggen er ook kansen voor ondernemingen die helpen bij het verminderen van verspilling verderop in de keten. Een goed voorbeeld daarvan is Darling Ingredients (DAR). Deze onderneming is gespecialiseerd in het verzamelen en verwerken van restmateriaal in de voedingsindustrie. Met speciale apparatuur haalt Darling bijvoorbeeld gebruikte bakolie op bij restaurants en voedingsbedrijven en overblijvend bakmateriaal bij grote bakkerijen. Deze materialen worden verwerkt tot onder meer biodiesel, veevoer en mest. Dankzij de schaalgrootte en specialistische apparatuur heeft de onderneming een streepje voor op kleinere branchegenoten. De sterke marktpositie wordt weerspiegeld in een operationele winstmarge die is opgelopen van minder dan 14% in 2020 tot circa 19% dit jaar.
De marge kan verder stijgen dankzij de focus op meer specialistische groeimarkten. Een goed voorbeeld daarvan is de fabricage van collageen. Dit ingrediënt van bijvoorbeeld middelen tegen gewrichtspijn en huid- en anti-rimpelcrème, wordt onder meer gemaakt van runderen en vis. Half oktober heeft Darling deze activiteiten versterkt via de overname van het Braziliaanse Gelnex voor $1,2 mrd. Het ligt voor de hand dat het bedrijf de goede positie binnen de verschillende groeimarkten verder gaat versterken. Omdat de sterke balans vooral gebruikt wordt voor overnames, keert de onderneming geen dividend uit. Daar komt mogelijk over enkele jaren verandering in. Voorlopig zijn het dan ook vooral de verwachte winstgroei van ruim 20% en de alleszins redelijke waardering (k/w 14,6) die Darling tot een aantrekkelijke belegging maken.
Salmar | Onzekerheid en kansen onder de zeespiegel
De voeding van de toekomst komt niet alleen van het land, maar ook uit de zee. In dit opzicht hebben documentaires zoals Seaspiracy de aandacht gevestigd op overbevissing en wantoestanden in de traditionele visserijsector. Daar hebben exploitanten van zogeheten aquacultuur geen last van. Bedrijven zoals Salmar hebben enorme drijvende zeekooien, waarin in natuurlijk zeewater onder zo gunstig mogelijke omstandigheden zalm wordt gekweekt. Deze wijze van visteelt legt een veel minder grote druk op het zeemilieu dan traditionele visserij. Door de combinatie van innovatie en groeiende schaalgrootte heeft Salmar op de lange termijn goede vooruitzichten.
Op de korte termijn is de onzekerheid rondom het aandeel echter heel groot als gevolg van een fusie met branchegenoot Norway Royal Salmon (NRS) en vooral door het plan van de Noorse overheid om 40% belasting te heffen over het gebruik van de kustwateren. Toen dat voornemen in september bekend werd, daalde de beurskoers in één klap met 37%. Het is echter nog lang niet zeker dat het belastingplan in de huidige vorm wordt doorgevoerd. Bovendien ligt het voor de hand dat de hogere kosten worden doorberekend, terwijl de fusie met NRS schaal- en efficiencyvoordelen oplevert. In het lopende jaar stevent de onderneming af op een winst per aandeel van ongeveer 45 Noorse kronen (k/w 7,5). Als gevolg van de nieuwe belasting is het onvermijdelijk dat die winst vervolgens flink gaat dalen. Op basis van de huidige vorm van de Noorse plannen, ligt de wpa volgend jaar in de buurt van NOK30. En zelfs bij een halvering van de jaarlijkse uitkering, zou het dividendrendement nog uitkomen op 3%. Voor meer speculatief ingestelde beleggers biedt de huidige onzekerheid dan ook een gelegenheid om tegen een sterk gedaalde koers positie te kiezen in een van de grootste en meest efficiënte zalmkwekers ter wereld.
Beleggen in voedingsrevolutie
Ingredion, Agco, Darling en Salmar zijn klaar voor een toekomst waarin duurzame voeding en circulair gebruik steeds belangrijker worden. De ondernemingen zijn aantrekkelijk gewaardeerd, keren veelal een mooi dividend uit en hebben groeivooruitzichten die vooral op de lange termijn beter zijn dan het bredere beursgemiddelde.
Aandeel | beurswaarde | schatting k/w 2023 | dividendrendement | ISIN |
Agco | $8,8 mrd | 9,3 | 4,5% | US0010841023 |
Darling | $12,5 mrd | 11 | – | US2372661015 |
Ingredion | $6,0 mrd | 11,8 | 3,1% | US4571871023 |
Salmar | NOK39,8 mrd (€3,9 mrd) | 11,2 | 3,0% | NO0010310956 |