Hoogdividend | Winnende aandelen compenseren ruimschoots
De koersdalingen van de brede Amerikaanse en Europese beursindices gaan vrijwel volledig aan de Hoogdividendportefeuille voorbij. Van de twintig aandelen uit de portefeuille presteert slechts een drietal duidelijk slechter dan de brede regionale indices. Inclusief ontvangen, maar niet herbelegd, dividend staan Aperam, BASF en Enel dit jaar respectievelijk 34,6%, 21,5% en 14,2% in de min.
Deze verliezen worden echter volledig weg gepoetst door de opvallend hoge rendementen van Chevron (+77,2% in euro’s), BAE Systems (+50,5%) en TotalEnergies (+36,9%). Negen van de twintig aandelen uit de portefeuille staan dit jaar op rendementen in de dubbele cijfers.
Een van de opvallende winnaars is Münchener Rück. Het aandeel van de herverzekeraar presteert dit jaar namelijk opvallend veel beter dan de Stoxx Europe 600 Insurance Index en de grote concurrent Swiss Re (zie grafiek). Ook blijft Münchener Rück de andere twee verzekeraars uit de Hoogdividendportefeuille (Allianz en NN Group) ver voor. De schade van orkaan Ian van €1,6 mrd was minder hoog dan verwacht en de herverzekeraar handhaafde de winstprognose van ongeveer €3,3 mrd voor heel 2022.
Met zijn zeer solide balans kan Münchener Rück meer nog dan verschillende concurrenten profiteren van de verwachte stijging van de herverzekeringspremies begin volgend jaar. Verder zijn de beide telecomaandelen KPN (+11,6%) en Orange (+18,2%), techbedrijf IBM (+26,6% in euro’s) en nutsbedrijf Consolidated Edison (+26,7%) aan een sterk jaar bezig.
Realistisch
Dat geldt ook voor farmaconcern AbbVie dat met een rendement van 33,1% in euro’s de twee andere farmaceuten uit de portefeuille – Pfizer en Sanofi – ver achter zich laat. In 2021 steeg het aandeel Pfizer nog 60% in dollars op de al maar hogere omzetten van – en positief nieuws over – zijn coronavaccin en coronapil. Maar de piekomzet van deze coronaproducten komt in zicht. Sanofi was bezig aan een prima jaar totdat beleggers in augustus hun zorgen over mogelijke schadevergoedingen voor de bijwerkingen van de maagzuurremmer Zantac in de koers tot uitdrukking brachten. Over de houdbaarheid van het dividend van Sanofi heb ik zelfs als schadevergoedingen toegekend worden – en dat is nog allerminst zeker – vooralsnog geen twijfel. En uiteindelijk is het ontvangen van het ‘gebudgetteerde’ dividendinkomen de doelstelling van de Hoogdividendportefeuille.
Op 1 juli van dit jaar is het vijfde – gebroken – boekjaar van de portefeuille begonnen. Voor dit boekjaar reken ik op een dividendinkomen van zeker €5167. Daarvan is inmiddels al €1382, ofwel 27%, binnen. De doelstelling van €5167 is realistisch. Sinds de start van het huidige, gebroken, boekjaar hebben AbbVie, Ahold Delhaize, BAE Systems en NN Group het (interim)dividend met 5-8% verhoogd. Daarnaast maakte TotalEnergies eind oktober bekend medio december een speciaal dividend van €1 per aandeel uit te keren. Deze uitkering levert de Hoogdividendportefeuille een niet begroot dividendbedrag van €95 op.
Schuldratio
Hoewel Aperam en Enel dit jaar fors in de min staan zie ik dat niet als een indicatie van een dreigende dividendverlaging. Het dividendbeleid van Aperam is verbonden met de schuldpositie van het bedrijf. Aperam keert dividend uit wanneer de verhouding tussen de netto-schuldpositie en de ebitda (operationele winst voor afschrijvingen en amortisatie immateriële activa) over een volledige staalmarkt-cyclus gemiddeld onder de 1 blijft. Aan het einde van het derde kwartaal lag deze schuldratio op zo’n 0,4 waarmee de financiële positie van de staalproducent zich dus keurig binnen de bandbreedte van het dividendbeleid bevindt.
Aperam heeft de inkoop van eigen aandelen van €200 mln inmiddels afgerond. Die aandeleninkoop nam in het derde kwartaal €86 mln van de vrije kasstroom van €209 mln in beslag. De dividenduitkering kost Aperam ‘slechts’ €37 mln per kwartaal. Veel meer nog dan bij Aperam ging mijn aandacht uit naar het dividend van Enel. De koers van het Italiaanse nutsbedrijf blijft dit jaar ver achter bij branchegenoten als Iberdrola, Engie en EDP. Begin november bij de derdekwartaalcijfers bevestigde Enel het dividend van €0,40 over 2022. Dat dividend wordt in twee delen uitgekeerd, volgend jaar januari en juli.
Desinvesteringen
Tijdens de jaarlijkse strategiedag voor beleggers gaf Enel meer duidelijkheid over de ontwikkeling van de netto-schuldpositie, het grootste risico voor het dividend. Door zich uit meerdere landen terug te trekken verwacht Enel de netto-schuldpositie in de periode 2022-2025 met €21 mrd te verminderen. Daarmee moet de verhouding tussen netto-schuldpositie en ebitda volgend jaar rond een alleszins acceptabele 2,5 uitkomen. Bovendien verwacht Enel dat de gemiddelde rentevoet op de schuldpositie tussen 2022 en 2025 op zo’n 3,4% blijft. Niettemin is het nutsbedrijf iets conservatiever geworden in het uitspreken van de dividendverwachtingen.
Over 2023 verwacht Enel een 7,5% hoger dividend van €0,43 per aandeel uit te keren. Voor 2024 en 2025 zijn geen verdere verhogingen aangekondigd zoals in eerdere strategieplannen beleggers wel in het vooruitzicht werd gesteld. In plaats daarvan is een minimumdividend van €0,43 aangekondigd. Voor de Hoogdividendportefeuille is houdbaarheid van het dividend het belangrijkste thema en wanneer Enel het desinvesteringsprogramma succesvol uit weet te voeren zou houdbaarheid geen bron van zorg mogen zijn.