Waarom de mededingingsstrijd rond Swift en Beyoncé van belang is
Medio vorige week kondigde de Amerikaanse zangeres Beyoncé haar Renaissance-wereldtournee aan. In reactie daarop stuurde opmerkelijk genoeg de Amerikaanse Senaatscommissie voor juridische zaken een twitterbericht naar concertorganisator Ticketmaster met de tekst ‘we houden jullie in de gaten’. Dat had een reden. Eind januari moest Ticketmaster – onderdeel van het beursgenoteerde Live Nation – zich verdedigen in een hoorzitting van deze Senaatscommissie. Aanleiding was de volledig ontspoorde kaartverkoop van de Eras-tournee van die andere Amerikaanse topartiest, Taylor Swift, afgelopen november. Volgens Ticketmaster was de mislukte kaartverkoop te wijten aan de enorme vraag – ook van ‘bots’ die in een keer grote hoeveelheden kaarten kopen om later weer door te verkopen. Voor concertbezoekers was het echter het zoveelste voorbeeld van de werkwijze van Ticketmaster die tot hogere prijzen en snelle uitverkoop van concerten leidt. In de hoorzitting werden meerdere getuigen uit de entertainmentindustrie gehoord die zich beklaagden over de marktmacht van Ticketmaster.
Gezien het fiasco met de kaartverkoop van de Taylor Swift-tour is het misschien verrassend dat Beyoncé voor Ticketmaster heeft gekozen. De artiest had volgens Forbes-auteur Peter Cohan, die ruim tien jaar geleden voor de Babson Business School al een kritische studie over de fusie van Ticketmaster en Live Nation had geschreven, echter weinig keus. Live Nation is namelijk (mede-)eigenaar van veel verschillende locaties – of heeft exclusieve licenties – waar de concerten plaatsvinden waarvoor onderdeel Ticketmaster de kaartverkoop regelt.
Winstmarges
De in 2009 aangekondigde fusie tussen Ticketmaster en Live Nation heeft het bedrijf een bijzonder dominante positie in de concertmarkt gegeven. Live Nation werd in 2019 nog door het Amerikaanse ministerie van Justitie op de vingers getikt voor zijn herhaaldelijke machtsmisbruik. Onder meer door het dreigen met het niet toekennen van concerten aan locaties die de kaartverkoop door een andere partij dan Ticketmaster wilde laten verzorgen.
Ticketmaster is een van de dominantie marktpartijen die door de non-profit organisatie American Economic Liberties Project als voorbeeld is genomen om de toegenomen en schadelijke concentratie in uiteenlopende sectoren van de Amerikaanse economie aan het licht te brengen. Denise Hearn, ook actief in het American Economic Liberties Project, schreef er samen met Jonathan Tepper het boek The Myth of Capitalism over. Hearn en Tepper noemden daarin verschillende sectoren waarin de concentratie te groot is geworden; van luchtvaartmaatschappijen en bierfabrikanten tot internetaanbieders en banken. Het duo pleit voor een steviger mededingingsbeleid.
Paul Donovan, hoofdeconoom van UBS Global Wealth Management, wees vorig jaar nog op de rol van hogere winstmarges in de gestegen inflatie. Zowel data van Standard & Poor’s over de operationele winstmarge van de bedrijven uit de S&P500 Index als de langer lopende data van de Federal Reserve over het Amerikaanse bedrijfsleven (zie grafiek) maken duidelijk hoe hoog de winstmarges zijn. Dat valt niet los te zien van de toegenomen marktmacht van grote bedrijven. Gezien het belang van marges op de waardering van aandelen zou alles wat die marge kan beïnvloeden – dus ook mededingingsbeleid van overheden – op de radar van beleggers moeten staan.