Chevron | Mooie jaren voor de boeg
Op 6 maart dit jaar stopte de Amerikaanse overheid met het leeghalen van de strategische reserves. Van wat ooit een voorraad olie ter grootte van 727 miljoen vaten was, zijn nu nog maar 372 miljoen vaten over. Formeel zijn deze reserves bedoeld om ervoor te zorgen dat de Amerikaanse industrie altijd voldoende olie heeft om nooit tot stilstand te komen. Dit zou bijvoorbeeld kunnen gebeuren door een natuurramp of als de Verenigde Staten in een grote oorlog terechtkomen.
Prijs is daarbij officieel geen issue en de olieprijs is in vergelijking met het verleden ook nog eens laag. De olieprijs spoot in 2008 naar $147,27 en in 2022 naar $130,50. De huidige olieprijs ligt met $75,21 iets minder dan 50% onder het niveau van 2008, maar als we de inflatie meerekenen is dit 65% lager.
De Amerikaanse regering onder leiding van president Biden is echter op 24 maart om onbegrijpelijke redenen weer begonnen met het verkopen van olie uit de strategische voorraden. Er zijn inmiddels 5 miljoen vaten verkocht. Het is onverantwoordelijk om de strategische voorraden te gebruiken voor politiek gewin. De OPEC en Rusland grijpen hun kans en hebben onlangs de productie verlaagd. De daling van de strategische voorraden en het toenemen van de geopolitieke spanningen leggen een bodem onder de olieprijs.
Argumenten voor prijsstijging olie
Daarnaast zijn er meerdere realistische scenario’s te bedenken waardoor de olieprijs kan gaan stijgen. Ten eerste zal vroeg of laat het besef in Washington ontstaan dat de strategische voorraden moeten worden aangevuld, omdat dit de positie van de Verenigde Staten een stuk sterker maakt. Wanneer een grote partij stopt met verkopen en verandert in een koper, dan zal de olieprijs gaan stijgen.
Ten tweede trekt de Chinese economie hard aan. De verrassingsindex in China is gestegen naar 150. Dit betekent dat de werkelijke economische cijfers een stuk beter zijn dan de gemiddelde verwachting van analisten. Het gemiddelde van deze index in de afgelopen tien jaar is -5. Dat de Chinese revival aan het overslaan is naar de wereldeconomie, blijkt uit de verrassingsindex van de tien grootste economieën op de wereld; die staat op 26. Dit zal de vraag naar olie doen stijgen in de komende kwartalen.
De oliemarkt is daarnaast nog steeds heel krap. Niets in de wereldeconomie draait op olie, maar op verwerkte producten zoals benzine en diesel. Het maken van benzine en diesel leverde de raffinaderijen in het verleden altijd tussen de $5 en $15 per vat op. Nu is dat $27. Mark Carney, de voorzitter van de Bank of England van 2013 tot 2020, zei afgelopen week dat er meer in fossiele brandstoffen moet worden geïnvesteerd omdat de wereld de komende tientallen jaren nog behoefte heeft aan olie en de huidige investeringen tekort schieten.
Chevron verwent aandeelhouders
Afgelopen week kwam Chevron met zijn kwartaalcijfers. In het vorige kwartaal is $3 mrd geïnvesteerd. Daarnaast heeft Chevron voor $2,9 mrd aan dividend uitgekeerd en voor $3,8 mrd aan eigen aandelen ingekocht. Dit laat zien dat de Amerikaanse oliereus niet geluisterd heeft naar Carney en het bedrijf blijft runnen voor de aandeelhouder. Dat veel beleggers het verhaal rond olie niet begrijpen, komt tot uiting in de koers-winstverhouding van Chevron van 9.
Advies aandeel op ‘kopen’
Het neerwaartse risico van olie is laag, er zijn genoeg manieren waarop de prijs kan stijgen, de koers-winstverhouding van Chevron is laag en het aandeel is een van de favorieten van Warren Buffett. Door dat alles is het aandeel Chevron de grootste positie in mijn privé beleggingsportefeuille. Het koopadvies blijft uiteraard gehandhaafd.
De auteur heeft een positie in Chevron