Twee onmenselijk slimme beleggingen | Zo beleg je wél in AI
Het zal niemand ontgaan zijn dat artificial intelligence (AI) ofwel kunstmatige intelligentie definitief is doorgebroken en het potentieel heeft om de wereldeconomie te veranderen. Zakenbank Goldman Sachs denkt dat 46% van de administratieve banen, 44% van de juridische banen en 37% van de technische banen verdwijnen.
Wereldwijd zouden driehonderd miljoen banen op de tocht staan. Bill Gates, oprichter van Microsoft, zei vorige week dat elke kantoormedewerker er door AI een persoonlijke assistent bij krijgt en dat dit enorm goed is voor de productiviteit.
Invloed van kunstmatige intelligentie op arbeidsproductiviteit
Als ik Goldman Sachs en Bill Gates moet geloven, gaat AI dus zorgen voor een enorme sprong in de productiviteit. Ik volg daarom de Amerikaanse arbeidsproductiviteitcijfers op de voet. Arbeidsproductiviteit wordt berekend aan de hand van de reële omzetgroei van Amerikaanse bedrijven, gedeeld door het aantal werknemers in de Amerikaanse economie.
Als AI het mogelijk maakt om met hetzelfde aantal mensen meer werk te verrichten of met minder mensen hetzelfde werk te doen, zou de arbeidsproductiviteit derhalve aanzienlijk moeten stijgen.
Sinds de introductie van het vrij toegankelijke ChatGPT in november zijn er nu acht maanden verstreken waarin bedrijven hebben kunnen profiteren van kunstmatige intelligentie. Echter, er is tot nu toe geen enkel bewijs te vinden in de data dat de productiviteit omhoog gaat.
Integendeel zelfs, de Amerikaanse arbeidsproductiviteit is voor het eerst sinds het begin van de gegevensregistratie in 1948 vier opeenvolgende kwartalen op jaarbasis gekrompen, zoals te zien is in de grafiek.
Het is echter belangrijk om op te merken dat de impact van kunstmatige intelligentie op de arbeidsproductiviteit mogelijk niet onmiddellijk zichtbaar is in de algemene economische gegevens. De implementatie en aanvaarding van AI-systemen in bedrijven vergen tijd en inspanning.
Mocht AI werkelijk doorbreken, dan vliegen de werknemers er zoals altijd uit bij de volgende recessie. Het is dan ook niet toevallig dat de Amerikaanse arbeidsproductiviteit vaak stijgt in een recessie, zie bijvoorbeeld de mondiale financiële crisis (2008) en de corona-recessie (2020) in dezelfde grafiek.
Het is interessant om te zien of bij de volgende Amerikaanse recessie de arbeidsproductiviteit zal stijgen naar hogere niveaus dan tijdens de recessie van de mondiale crisis of van de corona-recessie.
Uniek of niet
De grote vraag is hoe uniek AI is. AI is zonder twijfel belangrijker dan de uitvinding van de smartphone, maar is het ook belangrijker dan de uitvinding van het internet of bijvoorbeeld elektriciteit in de negentiende eeuw? Het internet zorgde in tweede helft van de jaren ’90 voor een stijging van de arbeidsproductiviteit, zie grafiek 1, maar niet voor een schokkende stijging.
Rob Arnott van Research Affiliate legde onlangs goed uit dat ontwikkelingen op een termijn van 5 à 10 jaar veel langzamer gaan dan mensen verwachten en onvoorstelbaar veel sneller dan dat iedereen verwacht op een termijn van 50 à 100 jaar. In 1903 werd de luchtvaart uitgevonden met een vliegtijd van 12 seconden; 66 jaar later landden er mensen op de maan en keerden zij ook nog veilig terug.
Beleggen in kunstmatige intelligentie
Bij de arbeidsproductiviteit gebeurt dus (nog) niets, maar op de beurs gebeurt heel veel door AI. De leider op de beurs is zonder twijfel Nvidia. De snel stijgende koers van Nvidia laat zien dat er een gouden toekomst is ingeprijsd.
De aandelen van de honderd grootste beursgenoteerde technologiebedrijven (NDX) staan door kunstmatige intelligentie in vuur en vlam. De eerste zes maanden waren voor de NDX de beste ooit (de index is gestart in 1985) en deze bedrijven zagen hun totale beurswaarde met ongeveer $5 biljoen toenemen bij een totaalrendement van 39,4%. Dit is een stuk meer dan de gelijkgewogen S&P500 index die 7% hoger staat.
In de afgelopen eeuw zijn er drie perioden geweest waarin een kleine groep aandelen de dienst uitmaakte. De eerste was eind jaren twintig toen RCA het leidende aandeel was. Lees in het kader hoe als alles meezit met Nvidia, het toch nog kan tegenvallen.
Eind jaren zestig stal IBM de show. Maximaal optimisme was er in 1969 bij IBM toen het de belangrijkste partner van Nasa was toen de eerste mens op de maan kwam. Vervolgens ontwikkelde IBM zich nog wel door, maar het heeft nooit meer zo’n zware indexweging gehad als in 1969 (9%), zie de grafiek 2.
IBM was onderdeel van de Amerikaanse Nifty Fifty, die werden gezien als Blue Chips die de belegger ongeacht de prijs kon kopen en aanhouden voor de lange termijn. Professor Jeremy Siegel heeft in zijn bekendste boek Stocks for the long run gekeken naar het rendement van deze vijftig aandelen en kwam tot de conclusie: vanaf het moment dat deze bedrijven een koers-winstverhouding van 50 bereikten, behaalden zij in de 25 jaar die daarop volgden gemiddeld een lager rendement dan de S&P500.
Dat de rendementen tegenvallen is bij elke nieuwe technologie wel het geval. De honderd bedrijven die in het jaar 2000 in de NDX zaten behaalden dat jaar een omzet per aandeel van $370,24. Vervolgens braken er gouden jaren aan voor technologie. De omzet per aandeel over 2009 was $735,89. De bedrijfscijfers waren fantastisch, maar het rendement van de NDX tussen 1 januari 2000 en 12 december 2009 was wel een negatieve 50%.
In grafiek 2 staat het zwaarste wegende aandeel in de S&P500 per jaar. Dit is een fascinerende grafiek. De toppen van de markt in 1999 en 2008 vielen samen met maar een paar aandelen die heel zwaar meewogen en gedurende de koersdalingen die volgden, daalden deze aandelen harder dan de benchmark, waardoor de weging van deze aandelen weer naar beneden ging.
Het is geen timingsindicator, omdat aandelen die al een heel zware weging hebben nog een veel zwaardere weging kunnen krijgen, maar zoals Siegel liet zien is het wel een rem op het rendement op de lange termijn.
Individuele kunstmatige intelligentie-aandelen
Het mag duidelijk zijn dat ik niet adviseer om in de ‘Magnificent 7’ te beleggen (Apple, Microsoft, Google, Amazon, Meta, Nvidia en Tesla), die over de afgelopen jaren een steeds zwaardere weging hebben gekregen. Maar de redactie van Beleggers Belangen ziet wel grote kansen voor andere bedrijven die bezig zijn met kunstmatige intelligentie. Wij gaan de AI-ontwikkelingen intensief volgen. Dit artikel is daarvoor de aftrap. We zullen de komende maanden de interessantste individuele aandelen eruit pikken.
Duolingo is zo’n individueel aandeel dat ik volg vanwege de manier waarop zij kunstmatige intelligentie toepassen. Het was eerst een taalapp waarbij iedereen die een bepaalde cursus volgde dezelfde stof voorgeschoteld kreeg. Tegenwoordig bepaalt het algoritme welke les iemand nodig heeft en krijgt iedereen bij een bepaalde les andere oefeningen, waardoor het een digitale privé-leraar is geworden. In de nieuwste versie is het ook mogelijk om er conversaties mee te voeren.
Een ander aandeel dat ik volg op het gebied van AI is Walmart. Het bedrijf voert een heleboel testen uit. Een voorbeeld daarvan is dat AI gebruikt wordt voor het communiceren met groothandels. De enige invoer die het algoritme nodig heeft is het maximale budget en het algoritme doet de onderhandelingen.
De eerste bevinding is dat het algoritme een 1,5% lagere prijs heeft bedongen en in een business waarin de marge maar een paar procent is, is dat heel wat. Een andere manier waarop de winst erdoor stijgt, is dat een algoritme geen salaris wil hebben.
Twee ETF’s voor kunstmatige intelligentie
Doordat er nu zoveel geld naar de AI-bedrijven stroomt, is het lang geleden dat al de overige bedrijven zo interessant zijn geworden. Het verschil in waardering is immers steeds groter aan het worden.
Een gelijk gewogen index maakt pas het verschil wanneer de zwaarst wegende aandelen een lagere weging krijgen. Toen de internetbubbel in de eerste jaren van deze eeuw leegliep en het aandeel Cisco met 88% daalde, nam de gelijk gewogen S&P500 een enorme voorsprong op de marktwaarde-gewogen ‘gewone’ S&P500. Tussen 2000 en 2007 daalde de S&P500 inclusief dividend met 5%, terwijl de gelijk gewogen S&P500 steeg met 76,4%.
Deze voorsprong is nog steeds intact, want sinds 2000 heeft de gelijk gewogen S&P500 een rendement behaald van 585%, tegenover 372% voor de S&P500. Mochten de Magnificent 7 een lagere weging krijgen in de S&P500, dan kan dit verschil nog veel groter worden. Daarom hebben wij een koopadvies voor de Xtrackers S&P500 Equal Weight ETF (isin: IE00BLNMYC90).
Een tweede manier om te profiteren van een eventuele lagere weging van de Magnificent 7 in de S&P500, is door de fundamentele waarde van bedrijven te beoordelen; hiervoor kunnen we terecht bij de FTSE RAFI US 1000 Index, met de bijbehorende Invesco FTSE RAFI US 1000 ETF (isin IE00B23D8S39). In deze index zitten de duizend grootste Amerikaanse beursgenoteerde bedrijven. De index schroeft de weging terug van een aandeel waarvan de koers te ver vooruit is gelopen op de bedrijfsmatige ontwikkelingen. Om tot de weging te komen, wordt naar vier criteria gekeken: omzet, kasstroom, boekwaarde en dividend.
Op basis hiervan krijgt Nvidia in deze index een weging van 0,32%, ruim zeven keer minder dan de weging van 2,44% in de Russell 1000 Index. Uiteraard kunnen beleggers in de Russell-index profiteren van de hogere verwachtingen rond Nvidia als alle dromen omtrent het aandeel uitkomen, maar er zijn op de beurs ook altijd wel een paar dromen die niet uitkomen. Wat heet: tegenover elke droom die werkelijkheid wordt, staan talrijke nachtmerries.
Mochten Goldman Sachs en Bill Gates gelijk krijgen dat AI de wereld gaat veranderen en voor een enorme productiviteitsboost zorgt, dan profiteren de ETF’s op deze indices ook sterk mee. Mocht AI om wat voor reden dan ook niets worden, dan profiteren deze twee indices door een waardering die een stuk lager is dan die van de bekende indices van een verwachte inhaalslag. Wat het ook gaat worden, deze twee ETF’s zullen goed presteren en het is een goed moment om erin te gaan beleggen.
RCA, ontstaan uit een verplichte verkoop van General Electric, liep voorop in de ontwikkeling van zowel radio als televisie. De verkoop groeide gestaag. In de jaren dertig waren er meer RCA-ontvangers in omloop dan in de jaren twintig en in de jaren zestig bezat bijna elk Amerikaans huishouden een RCA-televisie. Het bedrijf was ook pionier in de productie van grammofoons en had een eigen platenlabel, met Elvis Presley als beroemdste artiest. Omdat RCA niet alleen geld wilde verdienen met de verkoop van radio’s maar ook met de programma’s die erop werden uitgezonden, richtten ze in 1926 het nog bestaande mediabedrijf NBC op.
Hoe is het mogelijk dat het aandeel tussen 1929 en 1985 geen rendement heeft opgeleverd, ondanks dat RCA 56 jaar lang de markt domineerde? Het kwam allemaal neer op wat er gebeurde in de vijf jaar voorafgaand aan 1929. In die periode was de aandelenkoers van RCA explosief gestegen van minder dan $0,50 in 1924 tot meer dan $50 in 1929. Nvidia is ook (ruim) maal 100 gegaan, alleen had het daarvoor geen vijf maar negen jaar nodig. (van $3,83 naar $439,39).
De belangrijkste les die we hieruit kunnen leren, is dat beleggers soms zo enthousiast worden dat al het toekomstige rendement al is gerealiseerd ruim voordat een bedrijf is uitgegroeid. In 1929 had geen enkele Amerikaan een televisie, maar de televisietechnologie was al in de aandelenkoers van RCA verwerkt. Dit laat zien dat een bedrijf de markt 56 jaar lang kan domineren en toch geen rendement op de aandelen kan leveren.
En wat gebeurde er uiteindelijk? In 1986 haalde General Electric RCA van de markt, waarbij ze slechts een kleine premie boden in vergelijking met het hoogtepunt van 1929. De kans is aanwezig dat bij Nvidia al het rendement ook al achter de rug is, want de verhouding tussen omzet en koers is met 42 extreem hoog.
Scott McNealy was de ceo van Sun Microsystems, een van de lievelingen van de dotcom-zeepbel. Op het hoogtepunt bereikten zijn aandelen een waardering van tien keer de omzet. Een paar jaar later had hij het volgende te zeggen over die tijd: ‘Om je over een periode van tien jaar terug te betalen bij een waardering van tien keer de omzet, moet ik je 100% van de omzet betalen gedurende tien opeenvolgende jaren in de vorm van dividenden. Dat gaat ervan uit dat ik dat kan verkrijgen van mijn aandeelhouders. Dat zou betekenen dat ik geen kosten van verkochte goederen heb, wat erg moeilijk is voor een computerbedrijf. Dat er geen kosten zijn, wat echt moeilijk is met 39.000 werknemers. Dat ik geen belastingen betaal, wat erg lastig is. En dat jij geen belastingen betaalt over je dividenden, wat eigenlijk illegaal is. En dat ik gedurende de volgende tien jaar geen R&D doe en toch de huidige omzet kan behouden. Nu, nadat ik dat allemaal gezegd heb, zou een van jullie mijn aandelen willen kopen voor $64? Realiseer je hoe belachelijk die basisaannames zijn? Je hebt geen enkele transparantie nodig. Je hebt geen voetnoten nodig. Wat dacht je wel niet?’
Nvidia noteert niet op tien keer de omzet, maar op 42 keer de omzet. Daarnaast komt ruim 20% van de omzet van Nvidia uit China. Hiermee is er ook geopolitiek risico en daar had Sun Microsystems ruim twintig jaar geleden geen last van. Wij hanteren een houdadvies op Nvidia.
De auteur heeft een longpositie in Invesco FTSE RAFI US 1000 Index en bijbehorende ETF.