Een duurzaam gesprek voor extra rendement
In veel bestuurskamers is de afgelopen weken opgelucht adem gehaald. Het cijferseizoen loopt op zijn eind en de jaarlijkse aandeelhoudersvergaderingen (AVA’s) zijn bijna allemaal achter de rug. Bij veel bedrijven heeft die AVA in het afgelopen decennium een heel andere lading gekregen. In plaats van een saaie, voorspelbare bijeenkomst waar een aantal voorstellen van het bestuur werden afgehamerd, is het omgesmolten tot een podium voor activisten en de gelegenheid bij uitstek voor kritische aandeelhouders om hun stem te laten horen.
Een goed voorbeeld is de wijze waarop tientallen klimaatactivisten op 23 mei de vergadering van Shell verstoorden met toespraken en protestliederen. Die acties waren echter vergelijkbaar met een jaar eerder. Een echte schok zoals bij de AVA van ExxonMobil in 2021 – toen activistisch hedgefonds Engine No 1 ondanks een belang van slechts 0,02% er dankzij steun van grote beleggers in slaagde om drie bestuurders benoemd te krijgen in de raad van bestuur – bleef dit jaar uit.
Er tekent zich een kentering af in de wijze waarop aandeelhouders invloed uitoefenen bij de bedrijven waarin ze beleggen. Half mei hadden aandeelhouders volgens onderzoek van de Harvard Universiteit al 951 voorstellen met een duurzame insteek ingediend tijdens AVA’s. Dat waren er meer dan de 941 in heel 2022. Maar de steun voor die plannen ligt juist een stuk lager. In de door Harvard onderzochte periode, konden slechts twaalf van die voorstellen op een meerderheid rekenen.
Bekijk ook het dossier Duurzaam Beleggen
Een jaar eerder waren dat er 24. Die afname is vooral een signaal van de tweedeling in de wijze hoe professionele partijen hun duurzame beleid vormgeven. Het is behoorlijk veel werk om een goede afweging te maken voor elk van de duizenden verschillende moties op honderden AVA’s waar grote vermogensbeheerders en institutionele beleggers over kunnen stemmen. Steeds meer grote beleggers vertrouwen dan ook op de adviezen van specialistische partijen zoals ISS en Glass Lewis.
Engagement
Volgens Harvard stellen ISS en Glass Lewis zich dit jaar iets minder scherp op bij advisering over duurzame moties dan in 2022. En partijen die zelf wel een eigen kritisch duurzaam stembeleid uitstippelen, laten hun invloed steeds vaker op een andere manier gelden. Ze knopen rechtstreeks het gesprek aan met bedrijven over pijnpunten op het vlak van maatschappij, mens en goed bestuur. Dit wordt ook wel engagement genoemd.
Steeds meer onderzoeken wijzen erop dat deze aanpak behalve duurzame verandering ook extra financieel rendement oplevert. De studie ‘Shareholder Engagement on Environmental, Social, and Governance Performance’ van twee jaar geleden wijst uit dat een gemiddelde succesvolle engagement 20 maanden loopt. En minstens zo interessant: in de zes maanden daarna ligt het rendement van het aandeel 2,7% hoger dan het sectorgemiddelde.
Afgelopen zomer deed het Britse fondsenhuis Schroders daar nog een schepje bovenop. Bij een analyse van meer dan 3.000 eigen engagements tussen 2010 en juni 2019, sprongen vooral aandelen eruit van bedrijven waarbij de intensiviteit van de duurzame discussie in de loop van het tweede jaar wordt opgevoerd. In een periode van dertig maanden lag het gemiddelde rendement maar liefst 11,8% hoger dan het sectorgemiddelde. Bij het speuren naar dit soort aandelen is het zaak om verder te kijken dan alleen bedrijven met milieu-uitdagingen. De laatste jaren wordt engagement namelijk steeds meer ingestoken op sociale aangelegenheden en het bedrijfsmodel.