VIX | Angstgraadmeter daalt naar laagste stand sinds april 2019
De VIX meet de zogeheten impliciete volatiliteit, oftewel beweeglijkheid van de Amerikaanse S&P500 voor de komende dertig dagen. Is de impliciete volatiliteit hoog, dan is de VIX hoog en dan is de bandbreedte van voorziene koersbewegingen groot en vice versa. De impliciete volatiliteit zul je zien toenemen als de financiële markten onrustig zijn en de beurskoersen onder druk staan. Bij stijgende beurskoersen en een vrij stabiel marktbeeld zien we de VIX terugvallen. De VIX is derhalve veelal negatief gecorreleerd met de beursontwikkeling.
Er wordt van een hoge VIX gesproken bij een stand boven de 25-30. Een VIX van rond de 20-25 wordt als ‘medium’ omschreven en een situatie in de bandbreedte 15-20 als ‘gemiddeld’. Bij een VIX van 0-15 is de volatiliteit laag en met de huidige stand van 12,8 zitten we op het laagste niveau sinds april 2019.
Er gaan verschillende verklaringen rond over de huidige opvallend lage VIX. Eén daarvan is de opkomst van opties die al na één dag expireren. De speculatieve actie zou zich meer daarop richten en minder op de maandopties die de VIX sturen. Langere perioden van relatieve rust rond de VIX zijn echter niet ongewoon. De VIX reageert vooral op onverwachte gebeurtenissen met onzekere uitkomst. De laatste grote uitslag dateert van maart 2020, toen beleggers werden gegrepen door de onzekerheid rond de Covid-19 pandemie. De VIX bereikte toe een all-time high van 82,69. Er zijn futures op de VIX of opties op deze futures. Dit alles is zeer speculatief.