Europese telecom | Het tij keert voor de sector
Telecomaandelen in Europa hebben in de afgelopen jaren behoorlijk onder druk gestaan, maar dat beeld zou wel eens kunnen kantelen. De MSCI European Telecommunication Services Index heeft dit jaar tot nu toe al ruim 20% rendement (in euro’s) opgeleverd. En de positieve trend is nog niet gebroken.
De telecomsector heeft sinds 2022 last van hoge inflatie en opgelopen rentes. Veel telecombedrijven kampten met hogere energiekosten en personeelslasten, die niet altijd volledig aan de klant konden worden doorberekend. Concurrentie en regelgeving spelen hierin een bepalende rol.
Vooral in landen zoals Italië, Frankrijk en Spanje is het met oog op de hevige concurrentie moeilijk gebleken om prijsverhogingen door te voeren. Ook hadden veel telecombedrijven last van de opgelopen rentes door hoge schulden. Inmiddels is de inflatie in Europa genormaliseerd en is de Europese Centrale Bank (ECB) begonnen met renteverlagingen, wat een positief effect heeft op de resultaten van telecombedrijven.
Deregulering
De sector is lange tijd afgeremd door strenge regelgeving in Europa. Veel Europese landen voeren een beleid dat gericht is op lage consumentenprijzen. Dit heeft ervoor gezorgd dat het rendement op investeringen vaak niet opwoog tegen de kosten van kapitaal, wat leidde tot – in vergelijking met de VS en Azië – achterblijvende investeringen in de netwerkinfrastructuur. In de Europese Unie lijkt het sentiment nu te veranderen.
De Europese Commissie heeft voormalig ECB-president Mario Draghi gevraagd een rapport op te stellen over de te nemen maatregelen om de concurrentiepositie van Europa te verbeteren. Draghi stipt in zijn rapport aan dat er meer marktconsolidatie nodig is binnen de telecomsector.
Hij stelt voor om de geldigheidsduur van frequentie-licenties te verlengen en regelgeving omtrent cybersecurity te versimpelen. De benoeming van Teresa Ribera tot nieuwe EU-commissaris voor concurrentie, die een soepeler antitrustbeleid lijkt te steunen, draagt ook bij aan de verwachting dat de EU uiteindelijk meer ruimte biedt aan de telecomsector.
Kapitaaluitgaven
Hoewel de Europese netwerkinfrastructuur gemiddeld achterblijft, zijn er ook al landen juist erg ver met de uitrol van glasvezel en investeringen in 5G. Verschillende telecombedrijven, zoals Orange, KPN en Telefónica, geven aan dat hun investeringen bijna zijn voltooid en dat de kapitaaluitgaven de komende jaren fors zullen afnemen. Dit draagt bij aan een hogere vrije kasstroom en betere winstvooruitzichten.
Als gevolg van deze positieve trends zijn de koersen dit jaar behoorlijk opgelopen. Toch zijn de waarderingen van Europese telecomaandelen nog altijd aantrekkelijk te noemen. De gemiddelde aandelenprijs van de sector handelt op een factor zeven ten opzichte van de vrije kasstroom, wat een vrije kasstroomrendement van zo’n 14% oplevert.
Daarnaast biedt de sector een aantrekkelijk dividendrendement, een belangrijke reden voor veel beleggers om in telecom te beleggen. Het gemiddelde dividendrendement in de sector ligt rond de 5% en is redelijk ‘veilig’, omdat gemiddeld minder dan 80% van de nettowinst als dividend wordt uitgekeerd.
Dit maakt de sector vooral interessant voor beleggers die op zoek zijn naar stabiliteit. Bedrijven als KPN, Deutsche Telekom en Swisscom hebben hun dividend de afgelopen vijf jaar gelijk gehouden of geleidelijk verhoogd. Bij Vodafone lag het dividendrendement de afgelopen jaren boven de 10%, maar na het afstoten van de Spaanse en Italiaanse takken wordt het dividend gehalveerd en komt er een aandeleninkoop van €4 mrd voor in de plaats.
Conclusie
Europese telecomaandelen hebben jarenlang weinig opgeleverd, maar bevinden zich in een overgangsfase waarin nieuwe kansen ontstaan. Koersen van telecombedrijven lijken deze kansen nog maar beperkt in te prijzen, waardoor beleggers kunnen profiteren van aantrekkelijke dividendrendementen en waarderingen die ruimte bieden voor verdere groei.