Duitsland | Staat de ‘Schuldenbremse’ op losse schroeven?
Olaf Scholz wond er afgelopen week geen doekjes om in zijn toelichting op het ontslag van minister van Financiën Christian Lindner. ‘Wie aan een regering deelneemt moet serieus en verantwoordelijk handelen en tot compromissen die iedereen ten goede komen bereid zijn’, stelde de bondskanselier in een verklaring. ‘Het gaat hem echter alleen om zijn eigen belangengroepen en het overleven van zijn eigen partij’, voegde Scholz daaraan toe.
Volgens liberaal Lindner eiste Scholz de afschaffing van de ‘Schuldenbremse’, een stokpaardje van de FDP, en zorgde juist deze provocatie voor het einde van de coalitie. De automatische rem op de Duitse schuldpositie is nog maar vijftien jaar oud maar heeft in liberale kringen een bijna heilige status.
In 2009 werd in de Duitse grondwet een artikel opgenomen waarin een grens van het (structureel) begrotingstekort van maximaal 0,35% van het bbp werd vastgelegd. In noodsituaties – zoals de coronacrisis of de oorlog in Oekraïne – kan daar vanaf geweken worden. Een voorbeeld daarvan is het speciale defensiefonds dat na de inval in Oekraïne door het parlement is goedgekeurd.
Scholz wil de komende jaren investeren in de Duitse economie zonder de sociale zekerheid aan te tasten. Dat leidt linksom of rechtsom tot een oplopende staatsschuld. Dat is echter geen probleem, aldus de bondskanselier, aangezien Duitsland van de grootste westerse economieën de laagste verhouding tussen staatsschuld en bbp heeft (zie grafiek). Eind vorige week leek oppositieleider – en favoriet om Scholz als bondskanselier op te volgen – Friedrich Merz van de CDU bovendien de deur naar een hervorming van de Schuldenbremse open te zetten. Met als voorwaarde dat de extra financiële ruimte gebruikt wordt voor investeringen en niet voor hogere uitgaven aan sociale zekerheid.
Begroting
Door de regeringscrisis kan het Duitse parlement geen begroting goedkeuren voor 2025, maar worden de maanduitgaven van 2024 ‘doorgerold’ in 2025. Voor onder meer de defensie-industrie zorgt de onzekerheid van de vervroegde verkiezingen mogelijk voor problemen. Duitsland kan de sterk stijgende defensie-uitgaven tot 2028 uit een speciaal fonds van €100 mrd betalen. Daarna moet voor een andere oplossing worden gezorgd. De Duitse Groenen sturen aan op een nieuw speciaal fonds, maar de CDU meent dat defensie-uitgaven in de ‘gewone’ begroting thuishoren. Dat is een lastige situatie voor defensiebedrijven die plannen voor de uitbreiding van de productiecapaciteit voor de lange termijn willen maken.
Lees ook Vervroegde verkiezingen in Duitsland goed nieuws voor Duitse aandelen
Naast begrotingskwesties zorgen de aanstaande verkiezingen ook voor onzekerheid op het gebied van regelgeving. Zo heeft de CDU recent een beleidsnota gepubliceerd over de energiesector. Daarin is onder meer een passage opgenomen over een verlaging van de netwerkbijdragen die door beheerders van transmissie- en distributienetwerken – zoals Eon – aan eindgebruikers worden doorberekend. Hoewel Eon verwacht dat verlaging van de netwerktarieven via subsidies wordt bereikt, zijn minder gunstige maatregelen voor de nutssector ook weer niet helemaal uit te sluiten.
De vervroegde Duitse verkiezingen zijn een onwelkome afleiding, maar zullen in mijn optiek door de veel betere schuldpositie van Duitsland voor aanmerkelijk minder turbulentie zorgen dan de Franse verkiezingen eerder dit jaar.