OCI klaar voor cyclische opleving
Beleggers krijgen weer meer vertrouwen in de kunstmestsector. Na een periode van koerszwakte zitten Yara, CF Industries en OCI vanaf medio vorig jaar weer in de lift op de beurs. Dit zijn drie vooraanstaande producenten van stikstofhoudende meststoffen. Het koersherstel viel samen met een stijging van de kunstmestprijzen. Beleggers lijken vooruit te lopen op een verdere opleving van de markt.
Duurzaam prijsherstel
De industrie wordt geregeld geraakt door overaanbod en dat was ook de afgelopen jaren het geval. Met het oog op de groeiende wereldbevolking en voedselproductie is er veel capaciteit bijgebouwd. Het gevolg is dat de prijzen voor stikstofhoudende meststoffen (ammoniak en ureum) vorig jaar naar historisch lage niveaus wegzakten.
Voor Chinese producenten, die goed zijn voor meer dan de helft van de wereldwijde ureumproductie, zijn deze lage prijzen echter onhoudbaar. Dit komt door de gestegen kosten van kolen, die in China veelal gebruikt worden voor de ureumproductie. Bedrijven als OCI maken ureum uit aardgas. Bovendien leiden strengere milieuregels in China tot sluiting van kunstmestfabrieken en tot hogere productiekosten voor de Chinese partijen. De Chinese export is in de eerste negen maanden van 2017 met 53% gedaald. Buiten China is de ureummarkt krapper geworden, waardoor de prijzen vanaf het derde kwartaal zijn opgeveerd.
Erg volatiel
Grote vraag is of er sprake is van een duurzaam herstel. De kunstmestprijzen zijn erg volatiel en afhankelijk van veel factoren, zoals de gang van zaken in de landbouw, de aardgasprijzen en vraag en aanbod. Wat de marktverhoudingen betreft is er positief nieuws, want de komende jaren komt er naar verwachting veel minder capaciteit bij. OCI denkt daarom dat vanaf 2018 de vraag naar ureum de capaciteitsgroei zal overtreffen voor ten minste de komende vier jaar. De Amerikaanse concurrent CF Industries deelt deze marktvisie, maar waarschuwt nog wel voor een volatiel 2018. De markt zal dit jaar nog extra capaciteit moeten absorberen.
Aan de andere kant zullen nog meer Chinese fabrieken hun deuren sluiten vanwege de strengere milieuwetgeving. Zo verwacht onderzoekbureau CRU dat er in de periode 2017-2022 voor nog eens bijna 15 mln ton aan ureumproductie in China wordt gesloten, tegen 13,1 mln ton in de voorgaande vijf jaren. Dat is een kleine 14% van de mondiale ureumproductie voor kunstmestgebruik en zal derhalve de prijzen stutten.
Capaciteitsvergroting
Hogere meststoffenprijzen leveren OCI naar verwachting een fors hogere winst op. Met fabrieken in Egypte en de Verenigde Staten heeft het bedrijf toegang tot goedkoop aardgas en is het een lagekostenproducent. De operationele leverage is groot: prijsstijgingen leiden al snel tot een aanzienlijke winstgroei.
Daar komt bij dat ook OCI de capaciteit heeft uitgebouwd. Van de drie grote projecten is de Iowa Fertilizer Company inmiddels operationeel. Deze nieuwe kunstmestfabriek in de Verenigde Staten zal vanaf het vierde kwartaal van 2017 volledig gaan bijdragen aan de resultaten en de capaciteit op jaarbasis met 30% vergroten. De andere grote nieuwe fabriek, ‘Natgasoline’, voor 50% eigendom van OCI, gaat vanaf maart dit jaar methanol produceren. Eind 2018 zal de productiecapaciteit bij de Nederlandse BioMCN-fabriek (biomethanol) in Delfzijl zijn verdubbeld. Samen zorgen deze drie uitbreidingsprojecten voor een capaciteitsvergroting van meer dan 50%.
Betere risicospreiding
OCI krijgt daarmee een positie in de top-5 op de mondiale markt voor stikstofhoudende meststoffen en voor methanol, dat gebruikt wordt voor de productie van diverse chemicaliën. Wereldwijd is het bedrijf reeds de grootste producent van melamine, een grondstof voor harsen en coatings voor met name laminaat. Hoewel de toegevoegde waarde hoog is, vertegenwoordigt melamine slechts 2% van de productie. Kunstmeststoffen vormen meer dan de helft van de productievolumes.
Interessant is dat de blootstelling aan industriële chemicaliën dankzij de nieuwe fabrieken toeneemt tot 30% van de capaciteit. Dit zorgt voor een betere risicospreiding, omdat dit hele andere markten zijn dan die voor de meststoffen. De vraag naar methanol groeit bovendien met gemiddeld 5% per jaar tot 2020, en de markt is beter in balans. Aanjager van de groei is de sterke vraag naar methanol in China. Daar wordt het gebruikt voor MTO, een proces waarbij methanol wordt omgezet in grondstoffen voor plastic. Dat is een goedkoper alternatief voor op aardolie gebaseerde plastic.
Winstverdubbeling
De vooruitzichten ogen al met al goed. Over 2017 zullen omzet en winst waarschijnlijk reeds hoger uitkomen, maar de echte groeispurt wordt dit jaar verwacht. Dankzij de bijdrage van de twee nieuwe fabrieken zal de productie een flinke impuls krijgen. De consensus gaat voor 2018 uit van een verdubbeling van de ebitda naar circa €1 mrd en een winst per aandeel van €1,96. Voor volgend jaar wordt een verdere sterke winstgroei voorzien, naar €2,54 per aandeel. De resultaten van OCI zijn echter onvoorspelbaar. Dalende ureum- en methanolprijzen kunnen roet in het eten gooien. Aan de andere kant is het opwaarts winstpotentieel groot als de prijzen verder stijgen.
Enorme schuld
Lagere rentelasten kunnen ook nog voor een winstimpuls zorgen. Na de forse kapitaalinvesteringen torst OCI een enorme nettoschuld met zich mee van circa $4,5 mrd. De investeringspiek is echter achter de rug en de hogere productievolumes leveren een verbetering van de kasstroom op. Doel is een snelle afbouw van de schulden en dit jaar al wil het bedrijf terugkeren naar een investment grade rating. Een hervatting van de dividenduitkering zit er voorlopig nog niet in. De verwachte opleving van de meststoffenmarkt is bij een bescheiden k/w van 10,5 op basis van de consensusraming voor dit jaar nog lang niet ingeprijsd. Voor de speculatief ingestelde belegger blijft OCI daarom koopwaardig.
De auteur heeft een positie in OCI.
Wie mag dit artikel niet missen? U kunt als abonnee dit artikel cadeau geven aan uw vrienden of familie. Klik bovenaan het artikel op de link en het artikel wordt per e-mail doorgestuurd.